12. Schoonheid

Schoonheid, gewaardeerd door een kenner en bewonderd door een liefhebber, wordt door de mysticus aanbeden. Het heeft geen zin om in woorden proberen uit te drukken wat schoonheid is. Maar mocht er al iets zijn wat het kan uitleggen dan is dat dat andere woord voor schoonheid en dat is harmonie. De harmonieuze combinatie van kleuren, het harmonieuze groeperen van lijnen en het harmonieuze vermengen van objecten roepen bij het idee van schoonheid op. Wil een object mooi zijn dan moet het harmonieus zijn, want harmonie is in feite schoonheid. Als er al iets op de wereld bestaat wat de mens zich onbewust van zichzelf laat zijn, met andere woorden de mens zijn zelf-bewustzijn doet verliezen en als er al iets is wat de mens nederig maakt, wat hem zich bereidwillig laat overgeven dan is dat wel schoonheid. Schoonheid is iets wat zonder zwaard verovert, dat zonder handen vasthoudt, dat tederder is dan de bloemblaadjes en sterker dan wat dan ook op de wereld. De Profeet heeft gezegd: ´God is Schoonheid en Hij heeft wat mooi is lief´.

Schoonheid kan verdeeld worden in drie verschillende aspecten. Het eerste is de schoonheid van de objectieve wereld, van objecten. Dit aspect van schoonheid is in de natuur te vinden. Wat de mens op onbewuste wijze zo aantrekt tot de schoonheid van de natuur is de harmonie die ze tot expressie brengt. De zee, de bergen, de rivieren en de blauwe lucht, het opkomen en ondergaan van de zon, de wassende en de afnemende maan lijken zich allemaal met elkaar te vermengen zodat er een goddelijke visie wordt geproduceerd die tot de ziel begint te spreken. Dat is de reden waarom de schoonheid van de natuur verheffend is. Voor de mystici, de profeten en de wijzen was dit het middel om op te stijgen naar die toonhoogte waarop ze God konden voelen. Vervolgens bestond er geen twijfel meer over hun geloof in God, want zij voelden God in de schoonheid van de natuur.

Dan bestaat er die andere objectieve schoonheid en dat is de kunst, de creatie van de mens. Deze schoonheid spreekt iemand aan omdat het een productie is, omdat het een imitatie is van datgene wat de ziel bewondert. En heel vaak zijn die details die je in de natuur niet helder kunt zien in de kunst op te merken. Kunst is dus soms de voltooiing van de schoonheid die in de natuur tot expressie wordt gebracht. Een beeltenis die door een kunstenaar is getekend kan mooier zijn omdat de kunstenaar heeft voltooid wat de natuur onvoltooid heeft gelaten. Maar wie is er in de kunstenaar werkzaam? De Schepper Zelf. Wat de Schepper ongedaan heeft gelaten, heeft Hij via de kunstenaar voltooid. Daarom zijn de creaties van de kunst ook verheffend. Het is uiterst inspirerend wanneer iemand naar het lied van een vogel luistert, maar toch kan een lied gezongen of gecomponeerd door een menselijk wezen nog verheffender zijn, want de mens heeft die schoonheid gecompleteerd. Het was zijn taak om die te completeren. De wereld werd gecreëerd opdat de mens op zijn eigen manier datgene zou voltooien wat in de natuur niet voltooid was, dus om de schoonheid te completeren.

Het tweede aspect van schoonheid is persoonlijke schoonheid, de schoonheid van het levend wezen, in vorm of kenmerk, in gedachte of voorstelling, in verdienste of kwalificaties of in deugd en hogere kwaliteiten. Wat is goedheid? Schoonheid. Wat is juist en verkeerd? Datgene wat mooi is is juist en datgene wat schoonheid ontbeert is verkeerd. Bestaat er dan niet zoiets als dat wat religieuze mensen zonde en deugd noemen? Dat wat mooi is is deugd en dat wat schoonheid ontbeert is zonde. Zijn dit niet twee tegengestelde polen? Dat zijn ze wanneer we ze als twee tegengestelde polen bekijken. Wanneer we naar de twee uiteinden van een lijn kijken dan zien we dat er twee uiteinden zijn, maar wanneer we naar het centrum van de lijn kijken dan zien we dat het een lijn is. Deze tegengestelde polen komen ons slechts als twee voor wanneer we naar de twee uiteinden kijken. Wanneer het tapijt op de vloer niet zo neer wordt gelegd als de bedoeling is dan zeggen we dat het verkeerd is. Er bestaat echter geen regel die zegt hoe het tapijt zou moeten liggen. Het is enkel het gevoel dat we bezitten om schoonheid te herkennen. Dit gevoel wordt verstoord door te zien dat het tapijt niet goed is neergelegd en dus is het het gebrek aan schoonheid wat er verkeerd is.

Het derde aspect van schoonheid is de schoonheid van God, wat schoonheid in haar perfectie betekent. Om deze schoonheid te zien dien je je op spirituele wijze te ontwikkelen, zodanig dat deze schoonheid zich kan manifesteren voor jouw blik. Alles wat goed en mooi lijkt kun je je in perfectie voorstellen voor zover je verbeeldingskracht reikt, het de schoonheid van God noemend. Want schoonheid wordt slechts in haar beperking voor onze blik manifest. Enkel in God zien we schoonheid in haar perfectie. Er bestaat geen object waarvan we kunnen zeggen dat het op perfecte wijze mooi is, noch bestaat er iemand behalve in ons ideaal aan wie we alle schoonheid kunnen toeschrijven. We kunnen iets zo mooi mogelijk maken, maar in werkelijkheid behoort alle schoonheid slechts een iemand toe en dat is God.

Er zijn twee manieren om schoonheid te ontdekken. De ene manier is om haar in de verdeling van alle dingen en wezens te vinden. Wat de een mist heeft de ander. Wat de ene boom mist heeft een andere boom, wat de rivier mist heeft de zee en wat de woestijn mist is in de bossen te vinden, wat de aarde mist is in de lucht te vinden. En als we dan schoonheid in haar geheel nemen beginnen we een glimp op te vangen van wat ze is. Schoonheid is nooit afwezig, maar wanneer we er een deel van pakken en daar alleen maar naar kijken dan zullen we zeker het een of ander gemis aan schoonheid zien. Diegenen die schoonheid opgedeeld in onderdelen of secties zien worden kritisch. Zij zijn op zoek naar schoonheid maar vinden die niet. Zij vinden een beetje ervan in de ene persoon en het gemis eraan in een andere persoon. Maar zelfs wanneer zij een beetje schoonheid in de ene persoon zien zullen ze ook ontdekken dat er iets mist. En wanneer we dit vergelijken met de perfectie van schoonheid dan manifesteert zich het gemis aan schoonheid zich meer aan ons dan de schoonheid zelf. Daarom is het natuurlijk dat de mens kritisch wordt en deze neiging maakt hem blind voor zichzelf.

De andere manier om goddelijke schoonheid te zien is je ogen een ogenblik te sluiten voor het verdichte aspect van schoonheid teneinde de innerlijke schoonheid te zien. Bijvoorbeeld degene die boven de schoonheid van de vorm uit stijgt begint de schoonheid van het denken te zien. Degene die boven de schoonheid van het denken uit stijgt begint de schoonheid van het voelen te voelen, van het sentiment, wat nog grootser is. En degene die zelfs boven het sentiment uit stijgt en het spirituele aspect van schoonheid ziet ziet een schoonheid die nog grootser is. Er bestaat geen einde aan de verwerkelijking van de innerlijke schoonheid. De innerlijke schoonheid is veel grootser wanneer die wordt vergeleken met de uiterlijke schoonheid en toch laat ze iemand zich niet afwenden van de uiterlijke schoonheid. Ze maakt dat iemand die meer waardeert dan anderen dat doen.

Een ascetische denker werd ooit meegenomen naar een varieté-show in New York, waar allerlei soorten dans, optredens en vermaak waren. En degene die hem mee naartoe had genomen wilde heel graag ontdekken wat zijn mening erover was en hij zei tegen hem: ´Het moet jou als comtemplatief iemand wel doen walgen om hier te komen en deze nonsens te zien die op het toneel gaande is´. Hij gaf als reactie: ´Nee, nooit. Hoe kan het nu walgend zijn? Is het immers niet mijn Krishna die hier aan het spelen is?´ Degenen die de innerlijke schoonheid hebben aangeraakt zijn degenen die in staat zijn om schoonheid in alle vormen te waarderen. En het is niet zo dat ze haar waarderen, maar ze bewonderen en aanbidden haar ook. Als er aanbidding wordt geschonken aan iets of aan iemand dan wordt die aan de God geschonken die ligt verborgen in de vorm van schoonheid.

De gedichten van de soefis uit Perzië en van elders vandaan, zoals Hafiz, Jami, Rumi en Farid-ud-Din Attar zijn niet alleen filosofische statements maar zij zijn van begin tot eind in bewondering voor schoonheid geschreven. En als je heel diep in elk van hun versregels zou duiken dan zou je ontdekken dat elke versregel gelijk is aan honderd boeken vol met filosofie. Waarom? Omdat hun zielen bewogen zijn om bij het zien van schoonheid te dansen. Wat zij in hun woorden tot expressie hebben gebracht is levend, brandend, vol schoonheid. Het doordringt degene die het kan voelen, die het kunnen bewonderen. Hun poëzie is hun gebed. Het kan erop lijken dat het gezongen wordt tot de schoonheid, maar tot wie wordt het gezongen? Hun lied is tot God gericht.