Liefde

In werkelijkheid is wijsheid liefde en is liefde wijsheid, hoewel in de een wijsheid allesoverheersend kan zijn en in een ander liefde. De kille mens is nooit wijs noch de warme mens dwaas. Toch zijn deze twee kwaliteiten, liefde en wijsheid, duidelijk onderscheiden en van elkaar gescheiden en is het mogelijk dat iemand liefhebbend kan zijn maar tekortschiet in wijsheid. Het kan ook gebeuren dat iemand die wijs is tot een bepaalde hoogte tekortschiet in liefde. Niemand kan echter wijs zijn als er zich in zijn hart geen liefde bevindt en niemand zal oprecht liefhebbend zijn als wijsheid zijn hart niet had verlicht, want liefde komt voort uit wijsheid en wijsheid komt voort uit liefde.

Het is heel moeilijk om te zeggen wat liefde is en hoe je lief zou moeten hebben. Is het het omhelsen van mensen en hen achterrennen en aangename dingen tegen hen zeggen? Niet iedereen vindt het gemakkelijk om zijn liefde te laten zien. De een heeft wellicht een liefde die is verborgen in zijn hart en de liefde van een ander komt in zijn woorden tot uiting. De liefde van de ene persoon verandert de hele atmosfeer en die van een ander is als een vonkje dat is verborgen in een steen. Het is heel moeilijk te beoordelen wie er liefde heeft en wie niet. Er is bijvoorbeeld liefde die rotje lijkt te komen en gilt: ´Ik ben liefde´, maar het dooft en is verdwenen. Er is ook liefde die als een vonkje in een kiezelsteentje is. Het kan zijn dat die zich nooit manifesteert. Als je het kiezelsteentje vasthoudt voelt dat koud aan maar tegelijkertijd is het er wel, is het betrouwbaar en is het duurzaam; daarom kun je nooit oordelen.

In het Oosten bestaat een heel bekend verhaal over een jonge man die Hakim heette en een prinses die vermaard was om haar schoonheid. Velen hielden van haar en wilden met haar trouwen, maar zij had een voorwaarde gesteld: dat degene die haar een bepaalde parel bracht die zij graag wilde bezitten geaccepteerd zou worden. Er was een minnaar die haar wellicht meer dan wie dan ook liefhad, maar hij kon geen manier ontdekken om die parel in bezit te krijgen. Nu was het de taak van Hakim om van land tot land rond te zwerven en alles wat in zijn vermogen lag te doen voor diegenen die zijn diensten nodig hadden. Hij ontmoette deze minnaar die zeer ongelukkig was en Hakim troostte hem en zei: ´Blijf liefde nastreven ook al is het moeilijk en houd in gedachten dat ik door zal gaan totdat ik je hart te rust heb gebracht door de parel voor je te vinden waarnaar je op zoek bent´. Hakim ging op zoek naar de parel en het verhaal gaat verder met het vertellen van de moeilijkheden die hij had bij het verwerven van die parel. Tenslotte verkreeg hij de parel en bracht hij die naar het paleis en vervolgens was de prinses zo onder de indruk van Hakim dat zij verklaarde dat ze hem als echtgenoot wilde. Maar Hakim vertelde haar over de belofte die hij zijn vriend had gedaan, die haar ware minnaar was. Hij zelf was de minnaar van degenen die in nood verkeerden.

De uitleg van dit verhaal is dat de prinses God vertegenwoordigt en de parel de kennis van God. De minnaar in het verhaal is een minnaar van God die echter zich niet de moeite wil getroosten die nodig is om de parel te verwerven. Maar er is iemand anders die bereid is dieper te graven zelfs als het niet voor hemzelf maar voor anderen is teneinde de kennis te verkrijgen en die hen te schenken. Er zijn dus twee soorten werkers. Het eerste type is degene die voor zichzelf werkt, degene echter wiens taak het is het werk voor anderen te doen bevindt zich in een hogere fase; hij brengt in het leven van anderen die zegening waaraan ze behoefte hebben.

Waarom is het zo, kun je je afvragen, dat naarmate de liefde toeneemt er van alle kanten moeilijkheden opkomen? Dit gebeurt omdat je voordat je verliefd raakte onbewust verbonden was met alleen de bron. Maar wanneer de liefde eenmaal op het fysieke plan is ontwaakt dan wordt je verbonden met iemand op aarde. Het is als Adam en Eva die verbannen worden uit de tuin van Eden. Dit veroorzaakt vanzelf dat elke invloed tegen je werkt; zelfs de troon van God wordt door elkaar geschud door de uitbarsting van liefde, want door een oprechte band op aarde, die zeer machtig is, wordt elke andere invloed automatisch getrokken en geduwd en veroorzaakt daardoor een opschudding in de wereld van het hart. De ziel van de mens is geluk; toch is de mens toch echt gelukkig daar hij in beslag wordt genomen door het wel en wee van de wereld. Enkel liefde kan zich rondom dat geluk bevinden waarover in legenden wordt gesproken, dat geluk dat zich voorbij alle pleziertjes van deze sterfelijke wereld bevindt. En degenen die, bewust of onbewust, het geluk dat wordt ervaren door de minnaar en de geliefde zien of voelen, komen er vanzelf op wetende of op onwetende wijze tegen in opstand.

De liefde van God bevindt zich overal in de natuur. Toch zien we allemaal destructie, ellende en ongelijkheden om ons heen. Het is een verschil van focus. Als we onze mind focussen op alles wat goed en mooi is dan zullen we de liefde van God zien ondanks alle lelijkheid die er zich in de natuur en vooral in de menselijke natuur bevindt. Door zo te handelen zullen we er een bedekking over spreiden. En door alles wat mooi is in ons te verzamelen zullen we in staat zijn vanuit de voorraad in onze eigen hart te geven aan alles wat er maar schoonheid mist. Maar als we onze aandacht focussen op lelijkheid dan zal die in ons toenemen en dan zal er een tijd komen waarin we niet in staat zijn om ook nog maar iets goeds te zien. Overal waar we kijken zullen we dan enkel wreedheid, onvriendelijkheid, verkniptheid en lelijkheid zien.

Je zou je af kunnen vragen of je in je alleen maar focussen op schoonheid je niet het gevaar loopt om je ogen te sluiten voor de lelijkheid en het lijden dat je anders zou kunnen lenigen. Het antwoord is dat teneinde de arme te helpen je rijk dient te zijn en teneinde het kwaad van iemand weg te nemen je zo veel te meer goeds nodig hebt. Die goedheid dient verdiend te worden net zoals geld verdiend wordt. En dat verdienen betekent goedheid verzamelen overal waar we het ook maar kunnen vinden. Wat er gebeurt is dat de mens geagiteerd raakt door de overvloed aan goedheid die hij ziet. Daar hijzelf arm is kan hij er geen bijdrage aan leveren en vervolgens wordt hij in de richting van het kwaad getrokken. Hoewel hij in zijn eigen natuur onbewust een hunkering naar het goede wat hij ziet kan ontwikkelen, helpt hem dat niet in zijn agitatie. Zijn kijken naar het kwade voegt slechts een verknipt persoon toe aan het geheel.

Degene wiens ogen op schoonheid worden gefocust zal in de loop van de tijd zich voegen bij de goeden. Hij krijgt dezelfde impressies maar het resultaat is anders. Bovendien help je door te bekritiseren, door te veroordelen en door met minachting naar verkniptheid te kijken een ander niet die het nodig heeft. Degene die bereid is door de vingers te zien en geduldig al die nadelen te tolereren die hij het hoofd moet bieden, is degene die kan helpen.

Je zou moeten liefhebben omwille van het liefhebben, niet om iets terug te ontvangen. Wanneer je dient, zou je moeten dienen omwille van het dienen, niet voor erkenning of waardering in de een of andere vorm of gedaante. In het begin kan zo iemand een verliezer lijken te zijn, maar uiteindelijk zal hij een winnaar zijn, want hij heeft in de wereld geleefd terwijl hij zichzelf boven de wereld heeft gehouden. De wereld kan hem niet raken. En toch als je vraagt of je jaloezie kan scheiden van liefde is dat als het vragen of je de schaduw van het lichaam kan scheiden. Waar menselijke liefde is, is jaloezie.

Waar komen bovendien de neiging om te twijfelen, de neiging om te wanhopen, de neiging tot angst, achterdocht en verwarring allemaal vandaan? Die komen allemaal voort uit de gedachte om iets terug te krijgen, bezorgdheid of iemand je wel teruggeeft wat je hem hebt gegeven. Dat is de gedachte erachter. En wat twijfel aangaat, wat is dat? Twijfel die zich rondom de ziel verzamelt is als een wolk die voor de zon heen schuift, het licht ervan belettend om te stralen. De onzelfzuchtige mens echter heeft een goede reden voor zijn vertrouwen. Hij kijkt door de wolken heen en zegt: ´Wat maal ik erom als ik niet beloond word, daar geef ik niets om. Ik weet wat me te doen staat: dienst verlenen. Dat is de enige bevrediging die ik wil. Ik ben er niet op uit om iets terug te krijgen. Dit is waar mijn plicht eindigt´. Hij wordt gezegend omdat hij heeft overwonnen; hij heeft zijn strijd gewonnen.

Het komt door gebrek aan kennis van goddelijke rechtvaardigheid dat de mens twijfelt. Hij vraagt zich altijd af of hij zijn juiste portie zal krijgen of dat iemand anders die zal krijgen, of dat iemand beter af is dan hij. Als je toch alleen maar eens omhoog zou kijken en de perfecte Rechter, God zelf, zou zien wiens rechtvaardigheid zo groots is dat uiteindelijk elke portie gelijk en gelijkwaardig wordt gemaakt! Ongelijkheid is slechts een kwestie van de aanvang, niet van het einde. Als de mens de rechtvaardigheid van God zou zien dan zou hij dapper worden, dan zou hij vertrouwen en dan zou hij zich geen zorgen maken over iets wat er teruggegeven zou moeten worden; want als de mens niet iets terug zal geven dan is God verantwoordelijk voor het duizendmaal teruggeven van wat je hebt gegeven.

Soms kan iemand niet de liefde geven die vrienden nodig hebben en vergeet hij zelfs zijn vrienden wanneer hij helemaal in beslag is genomen met zijn werk en zijn beroep. Je zou je af kunnen vragen of dit een gebrek aan liefdadigheid is. Er zijn soorten werk en beroep van een hogere aard die je hele aandacht opeisen en zo´n werk vraagt offers. En dat is geen gebrek aan liefdadigheid, omdat iedereen ervan houdt om lief te hebben, maar als je het voor elkaar kunt krijgen om te beminnen en bemind te worden dan is dat beter.

Iemand die in staat is anderen te helpen zou zichzelf niet moeten verstoppen maar zijn best doen om in de wereld tevoorschijn te komen.´Laat je licht volop schijnen´, zegt men. Alles wat er zich in je bevindt zou naar buiten moeten komen. En als de omstandigheden je hinderen, breek dan door de omstandigheden heen! Dat is de kracht van het leven.

Als er al enige macht bestaat die aan zal trekken dan is dat de macht van je liefde. De enige vraag is of er iets is wat je meer liefhebt dan de gewone dingen in het leven? En als dat er is dan zou je daarnaar moeten streven.

Liefde kan vele gedaanten aannemen, zelfs die van onthechtheid. Ik herinner me dat ik eens voor een familielid naar het huis van een arts ben gegaan, een Indische arts die een heel klassieke methode had om zijn recepten uit te schrijven. Hij deed bijna tien minuten om een recept. Ik werd een kleine ruimte binnengeleid waarin al vijftien tot twintig mensen aan het wachten waren en ik ging tussen hen in zitten. Hij ging door met het uitschrijven van recepten voor iedereen die gekomen was. En toen hij klaar was met degenen die voor mij waren begon hij recepten uit te schrijven voor degenen die na mij waren gekomen. Ik had gedacht dat deze arts, als vriend van de familie, mij eerst zou hebben ontvangen, maar hij ging door totdat hij iedereen had gezien en ik was de laatste.

Uiteindelijk zei hij tegen me: ´Vertel me nu eens wat je wilt´. Ik vertelde het hem en hij schreef zonder haast het recept uit. En toen ik wegging zei hij: ´Ik hoop dat je begrijpt dat ik je niet wilde ontmoeten terwijl al die andere patienten er nog waren. Ik wilde je op mijn gemak zien´. Hij verleende me een gunst en hoewel hij mijn geduld op de proef stelde was het een groots soort gunst. Het verschafte me een goed voorbeeld van liefde in de vorm van onthechtheid.

Als iemand echt van iemand houdt dan zal hij ermee eindigen dat hij van iedereen houdt. Degene die zegt: ´Ik houd van deze persoon, maar ik haat die persoon´, weet nog niet wat liefde is. Want liefde wordt niet begrensd; liefde is goddelijk en daarom onbegrensd. Door het liefdes-element in jezelf te openen, open je het goddelijke element in jezelf. En wanneer de fontein van liefde begint te stijgen in het hart dan zal goddelijke verwerkelijking als een fontein opstijgen. De grote heiligen, die zelfs voor de kleinste dingen liefde bezaten, kwamen tot goddelijke verwerkelijking zonder grote studie of meditatie. Hun liefde onderrichtte hen.

Liefde is vanaf haar eerste aanvang goddelijk in al haar aspecten. Roemi zegt: ´Als je van iemand houdt of als je van God houdt zul je door over het pad van liefde te reizen uiteindelijk arriveren in de aanwezigheid van de Soeverein van liefde´. Liefde is een overwinnaar die uiteindelijk altijd zal overwinnen. Het is niet alleen degene van wie we houden die de liefde zal overwinnen; het overwinnen van de liefde is het overwinnen van het koninkrijk van God. De macht van liefde is doordringend. Niets kan haar uiteindelijk weerstaan. En door het geven van liefde en vriendelijkheid verliezen we nooit iets. Liefde is een element dat nooit wordt verminderd, het is een schat die goddelijk is.

Wanneer we ons af gaan vragen of iemand waardig of onwaardig is dan begrenzen we onze liefde binnenin een kanaal. Maar wanneer we dat gevoel toestaan te stromen dan zal het zich ontwikkelen tot een continu stromende toestand; dan zal het zonder enige intentie van onze kant bij zijn eigen doel uitkomen.