Wat verrukken de woorden ´liefde´, ´harmonie´ en ´schoonheid´ niet het hart van iedereen die ze hoort! Je kunt je afvragen wat het in die woorden is dat in staat is zo´n natuurlijke macht op de menselijke ziel uit te oefenen.
Het antwoord is dat als er iets in het leven is wat de menselijke ziel aantrekt het wel liefde en schoonheid is. Als je vraagt: ´En wat daarnaast nog meer?´, dan is het antwoord: ´Niets anders´. Waarom is dit zo? Omdat zij de aard van het leven zijn. Liefde is de aard van het leven, schoonheid is het resultaat van het leven en harmonie is het middel waardoor het leven zijn doel volbrengt en het gemis eraan resulteert in destructie.
Wanneer we over deze schepping als geheel nadenken kunnen we niet anders dan zien dat het doel ervan het uitdrukken van een ideaal van liefde, harmonie en schoonheid is. De liefde zou zichzelf niet hebben kunnen manifesteren als er niets zou zijn om lief te hebben, ogen zouden niet hebben kunnen zien als er niets te zien zou zijn. Wat had de liefde kunnen uitrichten als er geen schoonheid zou zijn? De liefde zou gezwegen hebben. Men kan alleen zeggen dat de liefde bestaat nadat ze vanuit stilte tot uitdrukking is gekomen.
Nu komt de vraag: wat heeft schoonheid gemaakt? Het antwoord is dat het de liefde is die schoonheid heeft gemaakt. Wanneer een soefi jullie de ´Geliefden van God´ noemt dan heeft hij dit idee in zijn mind. Alles wat God maar heeft geschapen, heeft Hij geschapen vanuit Zijn liefde, heeft Hij geschapen om door Hem bemind te worden en derhalve is alles wat Hij maar heeft geschapen en alle schepsels die Hij heeft geschapen Zijn geliefden.
Wij, menselijke wezens, hebben onze vooroordelen. We vinden de een leuk en de ander niet. We vinden dat de een hoogachting verdient en de ander minachting, maar voor God zijn ze allen gelijk. Zij zijn Zijn schepping. Dat is net zoals het voor een dichter zou zijn als het stukje papier waarop zijn lied werd geschreven wordt weggegooid of kwijt raakte en niet gewaardeerd werd. Hoe zou hij zonder zijn stem kunnen zingen? Zo is het ook met de Schepper. Hij kan Hem geen genoegen doen als Zijn stukjes papier niet gewaardeerd worden.
God is liefde en Hij heeft de mens uit Zijn liefde geschapen. Hoe kan het Hem genoegen doen als je haat of vooroordeel jegens een naaste voelt omdat je vergeet dat hij hoe onwaardig hij ook mag lijken te zijn, desalniettemin de geliefde van God is? Hij heeft hem geschapen teneinde hem lief te hebben. Daarom is God, de Vader en de Moeder van alle wezens, op eenzelfde wijze met al Zijn schepsels ingenomen.
Maar is niet het ene ding mooier dan het andere, de ene persoon niet mooier dan de andere, in zowel het uiterlijke als het innerlijke zijn? Wat is hiervoor de reden?
De reden kun je vinden als we het werk van een schilder, een dichter, een componist van muziek of van een schrijver beschouwen. We kunnen zien dat de ene compositie veel mooier is dan de andere. Een schilderij is misschien wel het beste wat de schilder in zijn hele leven heeft geschilderd. De dichter kan zich afvragen: ´Heb ik dit gedicht geschreven? waar kan dat vandaan gekomen zijn? Het is zo superieur aan de andere gedichten. Het is fantastisch hoe deze woorden tot me zijn gekomen´.
Precies zoals we dat in het individu zien, zien we dit ook in het werk van de Schepper. Tegelijkertijd is de liefde de enige macht die heeft geschapen of die kan scheppen.
Op deze manier wordt God tegelijkertijde de liefhebber en de manifestatie of het object van liefde. In het Sanskriet wordt dit door mystici in drie paren woorden Shiva en Shakti, Purusha en Prakriti of Ishwara en Maya genoemd. Het ene deel is liefde en het andere deel is schoonheid. Liefde heeft schoonheid geschapen opdat ze in staat is lief te hebben. God is liefde. Daarom wordt Hij de Schepper genoemd. Alleen de liefhebber heeft de macht te scheppen en datgene wat hij schept is bedoeld om zijn liefde te ontvangen.
De Profeet heeft gezegd: ´God is mooi en Hij bemint Schoonheid´. Nu heeft het woord ´mooi´ geen betrekking op de vorm van God. God is vormloos. Hij heeft geen persoonlijkheid totdat Hij Zichzelf voor Zichzelf manifesteert. Daarom is het niet Zijn persoonlijkheid die mooi is want God valt buiten de betekenis die er gewoonlijk aan het woord persoonlijkheid wordt gegeven.
Wat is dan de bron van God´s schoonheid? God is mooi omdat Hij schoonheid heeft geschapen. Als er geen schoonheid in God zou zijn dan zou er geen schoonheid in Zijn manifestatie hebben kunnen zijn. Als er geen schoonheid in het denken van de dichter zou zijn dan zou hij geen prachtig gedicht kunnen schrijven. Als er geen schoonheid in het denken van de schilder zou zijn dan zou hij nooit het schilderij hebben kunnen schilderen. Je kunt de schoonheid in het hart van de schilder niet zien behalve in de schoonheid van het schilderij dat hij heeft gemaakt. Niet alleen het schilderij is mooi, in eerste instantie was het hart van de schilder mooi. Als gevolg hiervan raken we in staat de schoonheid niet alleen in de manifestatie te zien, maar ook voordat die werd gemanifesteerd. En voordat die werd gemanifesteerd bestond die in liefde. Met andere woorden: we kunnen zien dat de schoonheid verborgen was in liefde. Schoonheid wordt verborgen in liefde en de schoonheid die liefde voor zich heeft om lief te hebben is haar eigen schoonheid. Dus in de mate waarin schoonheid mooi is, is liefde mooi. Zelfs meer dan dat want de Schepper is mooier dan hetgeen Hij heeft geschapen.
Alle dingen die we maken zijn het werk van onze handen. Wij zijn hun schepper en wij zijn groter dan onze handen. Zo is het ook met liefde. Liefde is groter dan schoonheid omdat liefde de schepper is van de schoonheid die de liefde in haar leven liefheeft.
De liefde raakt door lief te hebben ongetwijfeld beperkt, beperkt als schoonheid. Dat is echter het doel van liefde. Als er geen schoonheid zou zijn, zou Zijn liefde niet de latente vreugde van haar eigen aard hebben beseft. De vreugde van haar bestaan zou uitsterven.
Zodra we op deze wijze kunnen denken gaan we inzien dat de liefhebber grootser, onvergelijkbaar grootser is dan het object dat hij liefheeft. De ware liefde, de ware schoonheid bevindt zich in de liefhebber. Het object dat hij liefheeft is veel kleiner, hoewel de liefhebber zich vooralsnog niet bewust is van het verschil. De liefhebber denkt: ´Jij bent het object waarvoor ik buig. Jij bent het object waar ik dag en nacht aan denk, waarvoor ik hulpeloos ben. Jij bent het object dat ik aanbid, dat ik bewonder´. Toch beseft hij niet de grootsheid van zijn liefde en strikt genomen is liefde inderdaad grootser van de liefhebber.
Wanneer mensen de les van liefde beginnen te leren dan zijn ze geneigd bang te zijn voor de pijn, de moeilijkheden en de zorgen die ze uit naam van de liefde het hoofd zullen moeten bieden. Wanneer ze hun toestand vergelijken met die van de geliefde dan denken ze dat de geliefde veel beter af is dan zij: ´Degene die mijn denken in beslag neemt, die mij pijn schenkt, die mijn hart verwondt, is veel gelukkiger. Wanneer ik mijzelf vergelijk met de geliefde dan denk ik dat hij heel wat gelukkiger is´. En ze gaan verder met te denken: ´Als ik de geliefde zou zijn dan zou dat veel beter zijn´. Elke mens ervaart die gedachte, maar wanneer hij erbovenuit begint te stijgen dan begint hij liefde te kennen. De mens die hier niet uit is ontsnapt zal falen de volheid van de liefde te beseffen.
Er is een andere kant aan liefde en dat is zelfzucht en de liefhebber dient dit te ontvluchten. De ware liefhebber zegt: ´Ik zal alles geven. Ik zal alles, alle kwellingen en martelingen die ik in het leven het hoofd moet bieden, verdragen. Ik zal in nederigheid buigen voor wat me overkomt. Ik zal alles geven wat ik heb, ik zal alles torsen, ik zal alles geloven, ik zal voor alles hoop hebben en ik zal alles verdragen´. De andere kant van de liefde zegt echter: ´Ben je mal? Ben je gek geworden? Je bent dwaas. Waarom dit geklaag? Kijk eens hoe gelukkig de geliefde is. Wees zo gelukkig als hij en bevind je in zijn geëxalteerde toestand in plaats van in deze nederigheid en degradatie. Ga deze grootsheid binnen en niet die destructie!´ Vervolgens gaat hij verder met redeneren en na verloop van tijd ziet hij het in. Het ene leidt naar destructie, het andere belooft veiligheid. In destructie echter bevindt zich de hand van God, terwijl zich daarentegen in veiligheid de hand van de Satan bevindt. Alles wat zelfzuchtig is wordt door die macht en door die kennis onderricht die de vijand van de mensheid is. Satan is een vijand omdat hij de mens wegvoert van het doel van zijn leven. Hij is erop uit de liefhebber van plaats te laten ruilen met de geliefde en te laten zeggen: ´Jouw positie is beter dan de mijne. Nu zou ik net als jij willen zijn´. En misschien wacht hij zijn hele leven lang om die begeerde positie te verwerven en komt die nooit omdat de geliefde de weelde niet op wilde geven toen de kans zich aandiende.
Het leven van iemand wordt helemaal veranderd nadat hij in het vuur van de liefde is gesmolten. Het vuur van de liefde zal hem zo exalteren dat zijn macht zelfs de dieren en de vogels zal beïnvloeden. Zowel wijze mensen als dwaze mensen zullen zich tot hem aangetrokken voelen. Wanneer hij eenmaal is gelouterd, verbrand in het vuur van de liefde, zal hij de aantrekkingskracht van elke ziel of van elk wezen, onzichtbaar of zichtbaar, worden. Slechts het advies van Satan houdt hem daarvan vandaan. Hij die pijn lijdt is de meester. Wij reflecteren vaak over hoe Jezus Christus de voeten van zijn discipelen waste. Wat een schoonheid bevindt zich in die dienstbaarheid, in die nederigheid! Zouden we die schoonheid in een trots iemand moeten vinden? Zou een trots iemand eeuwenlang de harten van de wereld winnen? De trotse mens wordt geleid door Satan. Hij wordt egoïstisch, zelfzuchtig en kil. Iedereen zal in zijn aanwezigheid bevriezen, want zijn aanwezigheid is als ijs en kan geen comfort verschaffen.
Hoe vergevend is echter degene die door alle lijden heen is gegaan! Was er in het leven van Christus iets anders dan vergiffenis en tolerantie? Vergeef altijd, tolereer altijd, zei hij. Omdat de liefde in het hart van de Meester zo groot was had sprak dat iedereen aan. Liefde was de enige filosofie die zijn vissers konden begrijpen en als liefde voor filosofie en religie geplaatst zou worden hoe devoot zouden de devoten dan wel niet worden. De dieren en de vogels zouden aangetrokken worden door de macht van het hart van de mens dat brandt van liefde. Zoals het er nu voorstaat jaagt de mens de liefde alleen maar weg bij het minste of geringste teken van haar verschijning en daardoor wil de liefde nooit nader komen.
Hoe vaak wordt het woord ´liefde´ in het dagelijkse leven niet gebruikt voor iets wat niet meer is dan een verzetje, een pleziertje, een tijdverdrijf of iets wat is verloederd. De liefde is zo veel hoger. Het is niet iets wat je iemand kunt geven of waarvan iemand kan zeggen: ´Ik kan het ontwikkelen´. Hij kan het niet leren, hij kan het niet in een boek bestuderen. Er kan slechts een ding worden verricht: het toe te staan om in het hart te groeien. Een persoon kan niet zonder zijn hart leven en het hart kan niet zonder liefde bestaan. Hoe liefdeloos en koud iemand ook mag lijken te zijn, hoe verknipt en wreed, hij heeft desalniettemin liefde al is die verborgen. Er is een dikke muur omheen gebouwd. Ze heeft geen middel om te voorschijn te komen. Ze wordt continu in deze bolster gehouden, ze voelt zich niet op haar gemak en ze is rusteloos. Dat is de reden waarom iemand koud en ongelukkig wordt, aldoor maar niet wetend wat hij wil omdat hij de enige ware inclinatie niet begrijpt. De macht van liefde is gevangen geraakt in een dikke bolster, een bolster van kilte, het bevroren deel van liefde en deze bolster weigert de stroom van liefde, de goddelijke macht die via het hart wil verrijzen, een uitlaatklep. Wanneer iemand deze liefde geen uitlaatklep biedt dan wordt hij een last voor anderen. Zijn aanwezigheid wordt onaangenaam voor zijn omgeving, zijn invloed wordt een last voor hemzelf. Om deze reden worden mensen zelfs gek. Niet wetend wat ze in het leven willen, geven ze anderen er altijd de schuld van dat ze niet van hen hebben gehouden, niet met hen hebben meegeleefd of vriendelijk tegen hen zijn geweest. Zij beseffen niet dat de sleutel zich in henzelf bevindt. In hun hart ligt de macht om het hart van wie dan ook te openen en te versmelten. Het is onze eigen macht die een ander aan onze voeten brengt.
Iedereen die deze waarheid leert houdt ermee op om wie dan ook ervan te beschuldigen koud, onvriendelijk of onsympathiek jegens hem te zijn. Hij ontdekt dat de oorzaak zich in hemzelf bevindt. Door de sympathie en het goede gevoel van iemand anders te zoeken bedekt hij zijn eigen hart en stopt hij zijn hart om zichzelf uit te drukken. De macht van liefde wil altijd graag te voorschijn komen om zichzelf te beïndrukken op haar omgeving en toch lijkt het erop alsof de deuren altijd gesloten werden gehouden om te voorkomen dat God te voorschijn zou kunnen komen om het doel van Zijn eigen schepping te vervullen.
Hoe mooi zijn niet de woorden van de Profeet: ´Het hart van de mens is de tempel van God´. Hoe waar is dat niet! Moet je God zoeken in een moskee, tempel, kerk of op een andere plaats waar mensen hymnes zingen en hun gebeden offeren? Kan Hij gevonden worden waar geen liefde is? Hij moet niet gezocht worden in huizen die mensen voor aanbidding hebben gebouwd. Dat zijn slechts scholen en speelplaatsen voor kinderen. Kinderen houden ervan om met speelgoed te spelen en zijn zich zo aan het voorbereiden op iets anders. Wanneer de mens zover is gekomen dat hij de ware schoonheid van God leert kennen dan zal hij ontdekken dat die slechts op een plek verblijft: in het hart van de mens. God is liefde en Hij moet gezocht worden in het hart van de mens.
Degene die dit begrijpt kan God zelfs in de mens aanbidden, want wanneer hij zich schikt naar deze filosofie dan zal hij zich er altijd van bewust zijn dat hij in elk aspect en op elk moment de gevoelens van God kan kwetsen of pijn kan doen, dat hij gevaar loopt de tempel van God breekt als hij het hart van zijn naaste breekt.
Men zou kunnen denken dat filosofen, mystici en wijze mannen, die zo dichtbij en intiem met God zijn, zich te veel vrijheid met de wereld hebben veroorloofd. Integendeel, zij zijn het tederst en het gevoeligst jegens de mensheid. Zij zijn bereid de zorgen van wie dan ook te delen, het leed van wie dan ook te delen, de depressie en wanhoop van iedereen te delen. Ze zijn bereid iedereen te troosten met hun woorden, te helpen met hun dienstbaarheid en altijd hun sympathie te betuigen aan degenen die die nodig hebben. Zij deinzen niet terug voor het offeren van tijd, geld, genot of comfort. Zoals Christus onderricht: ´Wie er ook een beroep op u doet om een mijl met hem op te lopen, loop er twee met hem op´.
Wat leert dit alles ons? Het is allemaal een les in sympathie voor je naaste, om ons te leren te delen in zijn zorgen, te delen in zijn wanhoop. Want wie werkelijk deze vreugde van het leven ervaart, ontdekt dat die vreugde zo groot wordt dat die zijn hart en zijn ziel vult. Het maakt niet uit of hij minder comfort heeft of een inferieure positie inneemt ten opzichte van de meeste mensen in deze wereld, omdat het licht van zijn vriendelijkheid, van zijn sympathie, van zijn liefde die aan het groeien is en de deugd die omhoog aan het komen is in zijn hart allemaal de ziel met licht vullen. Er is nu niets in het leven wat hij ontbeert, want hij is er de koning over geworden.
Zo iemand wordt een healer, een ware healer. Hij healt iemand met zijn blik, met een vriendelijk woord, met zijn hand, door zijn comfort, door zijn aard. Welk een healing! Zonder pretenties, bescheiden. De ware healing is het moment waarop iemand meeleeft met de problemen van iemand anders en hem de helpende hand biedt. Hij bezit de ware wijn. Wat heeft degene die via zijn ogen de blik kan uitzenden die bewijs is voor de sympathie en hulp die hij graag wil geven, niet voor een healing macht! Lijkt dat niet op een vogeltje dat onder moeders´ vleugels wordt genomen? Er kan onder alle verschillende methoden waarmee mensen gepoogd hebben te healen geen mooier proces van healing zijn dan dit.
Sommigen kunnen vragen wat dan het object moet zijn dat je in dit leven zou moeten liefhebben? Is er enig specifiek object dat een mens aanbevolen kan worden om lief te hebben? Is het het beste om je ouder of vrienden lief te hebben; om alleen je vriend lief te hebben of om slechts een geliefde van de andere sekse? Zou je iets abstracts moeten liefhebben, de een of andere spirit, het een of andere ideaal of iets wat zich voorbij de aard van de mens bevindt? Of zou je iets geïdealiseerds moeten liefhebben zoals de God die je aanbidt? Er zijn veel mensen die zeggen dat alleen de liefde van God nuttig is. Alle andere vormen zijn waardeloos. Een ander zegt dat hij of zij iemand van de andere sekse kan liefhebben daar hij of zij ooit op deze manier is teleurgesteld. Weer een ander zal zeggen: ´Ik zal geen menselijk wezen liefhebben. Ik kan beter van mijn kat of mijn hond houden. Zij stellen me niet teleur, terwijl ik daarentegen ooit teleurgesteld ben in de mens´. Nog weer een ander zegt: ´Ik heb mijn geld lief, omdat dat mijn enige vriend is die me te hulp schiet als ik in nood verkeer. Het tegoed dat ik op de bank heb doet meer voor me dan wie dan ook kan doen. Waarom zou ik dan niet mijn geld liefhebben?´ Een ander zegt: ´Als God alles is, als Hij alle liefde heeft, waarom zou ik dan niet de stoel, tafel, boek of het werk dat iemand verricht – een kunstwerk, een muziekstuk – liefhebben? Is dat dan niet hetzelfde?´ Al deze vragen echter worden van een stem voorzien door harten die ooit teleurgesteld zijn, die ooit gebroken zijn. Zij zijn gebroken en zijn gesloten geraakt en als de deuren van het hart eenmaal zijn gesloten dan is er geen licht meer dat het pad ervan begeleidt. Dat is het mooie in het liedje: ´Het licht van een heel leven sterft wanneer de liefde over is´. Er is geen licht als de liefde over is. Wanneer de liefde over is wordt het hart gesloten.
Je komt zo vaak mensen tegen die klagen dat de liefde van de kant van de liefhebber gefaald heeft hen te bevredigen en hun wanhoop en ongemak heeft veroorzaakt. Wat leert de soefi en de wijze man hieruit? Hij leert dat degenen die liefhebben winnen. Degenen die hebben liefgehad en niet vooruit zijn gegaan hebben verloren. De reden waarom zij zijn teruggegaan zonder hun bestemming te bereiken is dat ze afhankelijk waren van het liefdesobject dat hen heeft teleurgesteld. De soefi is zich bewust van deze grote valkuil op het pad. Wanneer de liefhebber, die werd aangetrokken door schoonheid, van de liefde afraakt dan komt dat omdat hij afhankelijk was van de schoonheid. Hij had de schoonheid lief en hij kon alleen standhouden zo lang die schoonheid zijn ideaal bleef. De liefhebber stijgt opnieuw wanneer hij bij zichzelf te rade gaat en zegt: ´Ik zal een zodanig ideaal maken wat mijn leven toe zal staan zelf-voorzienend te worden. Het ideaal zal mijn excuus worden, maar in werkelijkheid zal ik mijn leven verheffen. Elke keer dat liefde werd verbroken kwam dat alleen maar omdat het ideaal niet zo bleek te zijn als de liefhebber had verwacht dat het zou zijn. Ik zal het daarom vermijden om mijn ogen te verblinden met uiterlijk leven, maar zal het pad bouwen waarop ik in mijn eigen hart reis. Dat ideaal zal voldoende zijn en alles verschaffen wat de geliefde zou kunnen missen´. Deze liefhebber is de ware liefhebber omdat liefde ook een schoonheid heeft en hij uit zijn eigen liefde de schoonheid voortbrengt die de geliefde misschien mist en hij merkt niet langer het gemis in zijn geliefde op. Vanaf dit moment wordt de geliefde zijn liefde omdat hij in zijn gedachte en in zijn voorstellingsvermogen een geliefde heeft gevormd en hij kan continu bijdragen aan de schoonheid van de manifestatie.
Op deze manier is het lied van liefde en schoonheid in alle perioden van de geschiedenis gezongen. Sa´di uit Perzië, Dante uit Italië en alle groten die hebben liefgehad en het hart van de mens hebben aangetrokken, zij allemaal hebben woorden achtergelaten die vandaag de dag nog steeds onze harten doorboren vanwege de grootsheid van hun ideaal. Zij hebben in hun eigen harten voor zichzelf hun ideaal geschapen. Voor al dat soort mensen is het geen punt meer of de geliefde de liefde onwaardig is. De liefhebber is de schepper van de liefde geworden. Schiep God niet de liefde? Hebben we niet deze schoonheid van God geërfd? Kunnen ook wij niet scheppen? Datgene wat je kunt scheppen kan altijd vertrouwd worden.
Er is een andere kant aan deze kwestie en dat is dat het ideaal van liefde dat door de mens wordt geschapen in overeenstemming is met zijn evolutie. Als hij materialistisch is, zal hij materialistische schoonheid in een persoon of object waarderen. Daar kan hij niets aan doen. Dat is niet zijn fout. Het is voor hem goed om datgene te bewonderen wat hem op directe wijze aantrekt. De een zal schoonheid van mind, van deugd, van persoonlijkheid, van wat goede manieren en van enige goedheid prefereren die hem aantrekt. Hij waardeert een mooie persoonlijkheid of een sympathieke aanwezigheid. Een ander zal misschien een mens aardig vinden omdat hij in hem zijn ideaal van inspiratie, intuïtie, gemoedsrust en vreugde vindt.
Daarom kun je niet het een of andere specifieke object aanwijzen als het enige object dat liefde waard is omdat schoonheid slechts overeenkomt met de evolutie van iemand. Iemand die van een lagere evolutie is kan niet een hoger object liefhebben. Een persoon van hogere evolutie echter kan zowel het hogere als het lagere liefhebben. Degene die eenmaal liefheeft kan niet haten. Degene die haat is degene die niet kan waarderen. Haat moet gezocht worden in de lagere evolutietrappen, niet in de hogere. En hoe hoger de evolutie zich ontwikkelt, hoe minder de haat en het vooroordeel wordt. In het hogere domein is er geen vergif, want het object is hoger, de norm is hoger en de sfeer is grootser. Je komt zo hoog als je je ideaal stelt en door de norm van schoonheid stap voor stap te verhogen stijg je steeds hoger op in de hoogste hemel.
Door te wandelen over en door steeds het pad van liefde aan te houden kan de ziel zelfs vanuit de laagste diepten de hoogste hemel bereiken. De mens kan zijn ideaal zelfs tot die hoogte stellen dat hij in staat raakt God de Vormloze, God de Naamloze lief te hebben, God die zich boven alle goedheid en deugd bevindt. Zelfs Hij kan niet beperkt worden tot deugd, want Hij bevindt zich voorbij de goedheid.
Er zijn wijze mannen die tot tranen worden bewogen door alleen maar tegen zichzelf een woord van essentiële waarheid of van abstracte waarheid te zeggen. Wat zou dit effect kunnen hebben? Is er enige pijn in verborgen? Wordt er iets gezegd om sympathie op te roepen? Nee, het is hun ideaal dat zo hoog is dat zij de ideale schoonheid in de waarheid zien. De waarheid van het zijn is voor hen mooi geworden. Hun geliefde is God geworden en wanneer er een woord van waarheid wordt uitgesproken in hun gehoor dan worden ze tot tranen toe bewogen. Voor deze wijze mannen is alles een ware manifestatie van de schoonheid van God. Als zij muziek horen dan voelen zij in die muziek God, dan zien zij in die muziek God. Als zij voor een schilderij staan dan zien ze in de schoonheid van dat schilderij hun Geliefde. Als zij in een menigte staan, met allerlei soorten gezichten, dan is het hele plaatje voor hen een harmonie, een visioen van het sublieme en kunnen ze daar de schoonheid in haar geheel zien. Of het nu een woestijn, een zee, een lucht of een land is, wat er zich ook maar voor hun ogen bevindt heeft een visioen van schoonheid aan hen te bieden. En op deze manier is de manifestatie in haar geheel voor hen een immanentie van de schoonheid van God geworden.