De vrijheid van de ziel (3)

In het Oosten zegt men dat de reden waarom een kind meteen na zijn geboorte huilt is omdat hij rouwt over het verlies dat hij ervaart en dit verlies is het verlies van vrijheid. De ziel die eens vrij was en hoger dan de vogels in de sferen kon zweven en zich kon uitspreiden en kon leven als licht en leven is toen zij naar de aarde kwam de gevangene geworden in het begrensde lichaam van vlees en botten, een sfeer die helemaal nieuw en vreemd voor het kind is. Ook heeft het nog geen enkele verbinding gemaakt met aardse wezens of met de aardse atmosfeer. Dat is de reden waarom het eerste wat een ziel doet huilen is. De soefis, alle mystici, hebben dit feit erkend en hebben hun filosofie geënt op de theorie dat de mens via elke omstandigheid in het leven bewust of onbewust op zoek is naar vrijheid.

Het kan zijn dat de een vrijheid zoekt vanuit het hebben van werk. Een ander kan vrijheid zoeken door weg te gaan uit de een of andere invloed die hem omgeeft. Een derde zoekt wellicht vrijheid vanuit een nationalistisch gezichtspunt. Ieder voor zich echter trachten continu vrijheid te bereiken en wat de aanzet is om vrijheid trachten te bereiken is de onbewuste hunkering die de baby voelt vanaf het moment van zijn geboorte. Dat is de reden waarom de mens continu, wetend of onwetend, tracht die vrijheid te bereiken.

Onze wanhoop, onze depressie, ons leed, onze zorgen kunnen ontelbare oorzaken hebben. Maar achter al deze zaken bevindt zich één en dezelfde oorzaak en dat is dat onze ziel elke dag tracht vrijheid te bereiken, hetgeen iets is dat misschien alleen de dood ons kan geven. Mensen plegen vaak zelfmoord hopend dat ze daar vrijheid door verwerven. Soms denken mensen dat het weggaan van iedereen hen vrijheid zal schenken, maar zij weten niet dat welke poging je ook doet om uit een situatie te komen je nog steeds niet vrij zult zijn want het is je eigen zelf dat zich in gevangenschap bevindt. Los van alle uiterlijke situaties die ons de impressie geven van gevangenschap is zelfs ons eigen zelf gevangen. Wij zijn in onszelf een gevangene.

De relatie tussen de ziel en het lichaam is die van een vonkje en van steenkool. Wanneer het vuurvonkje de steenkool beroert dan wordt het door de steenkool gevangen. Het gezegde: ´het heeft vuur gevat´ betekent dat het vuur, dat er los van was, erdoor gevangen is genomen. En zo wordt de ziel door het lichaam gevangen. Je kunt er ook op een andere manier naar kijken: dat het lichaam wordt gevangen door de ziel, of nog beter, dat het lichaam wordt gebruikt door de ziel. En net zoals de steenkool in as verandert, zo wordt het lichaam op het einde vernietigd. Het vuur raakt echter niet verloren, het is teruggekeerd naar zijn eigen element en dat is hitte.

De zon bevindt zich in electriciteit, in gaslicht en in alle vormen van hitte. De zon manifesteert zich via verschillende processen. Het is net zo met de spirit die, net als de zon, als zielen is verschenen via verschillende processen. Eén is veel in verschillende vormen geworden, hoewel het in werkelijkheid niet een veelheid is. Licht verschijnt als een vuur in een kamer of als zes of als honderd verschillende lichten, maar in werkelijkheid is het één licht. Slechts in de verschijning, omdat er zo veel bollen zijn, wordt elk licht begrensd. Op dezelfde manier heeft elk menselijk lichaam goddelijk licht geabsorbeerd en laat dat zien als een afgescheiden licht. Al deze lichten die in veel bollen worden gezien worden zielen genoemd. Maar we kunnen ze het licht zelf noemen, want het is één spirit gezien in verschillende bollen als verschillende zielen. Alle menselijke wezens zijn deel van één bewustzijn, zij hebben één bron en één doel, hoewel de spirit door verschillende voertuigen wordt gevangen.

De omstandigheid is dat het lichaam de ziel vasthoudt en de ziel het lichaam. De ziel houdt het lichaam vast teneinde haar doel te voltooien en het lichaam houdt de ziel vast omdat wanneer de ziel weggaat het in niets zal veranderen. Derhalve spant het lichaam zich constant in om de ziel te beschermen omdat het voor de ziel is gemaakt en ervoor leeft. Het is het continue verlangen van het lichaam dat de ziel in hem woont. Daar dit zo is, is het enkel wanneer de ziel voelt dat ze haar taak heeft voltooid en niet langer in het lichaam zou moeten bestaan dat ze het lichaam verlaat. Of wellicht is het lichaam zo fragiel geworden dat het niet langer de ziel vast kan houden. Dit is de manier waarop het gebeurt en als resultaat daarvan is er de dood.

Er zijn heel vaak mensen die willen sterven en die niet sterven. De reden is dat het de mind is die de dood wenst, maar dat het lichaam zich nog steeds vastklampt aan de ziel en dat de ziel het lichaam nog steeds gebruikt voor haar doel hoewel de mind ertegen is. Dat is de reden waarom de dood niet komt. Soms denk je dat het lichaam te fragiel is, dat het niet langer de ziel vast kanhouden en toch zegt de mind: ´Ik ben niet klaar. Ik heb niet mijn vriend, echtgenoot of mijn dochter gezien en ik zou willen blijven leven totdat ik hen heb gezien´. Het gaat door met leven omdat de ziel, de impressie hebbend dat er iets niet is voltooid, dat lichaam vasthoudt dat niet langer de ziel vast kan houden. Ze houdt het vast zolang als die specifieke wens duurt.

Nadat de ziel is gevangen door het fysieke lichaam komt er een tijd waarin de ziel ontwaakt. Zolang zij in slaap is bevindt ze zich in een soort droom in het fysieke lichaam. Dat is de conditie van de gemiddelde mens: een soort droom. De mysticus is degene die ontwaakt is. Het is amusant dat de gemiddelde mens de mysticus een dromer zal noemen, terwijl in werkelijkheid daarentegen hij degene is die aan het dromen is! Tijdens deze droom weet de ziel niets behalve wat er voor haar ogen verschijnt, bijvoorbeeld verlangens, gewoonten, wensen, ervaringen, omgeving, daden, gedachten en impressies. Deze zijn allemaal als een droom die de ziel droomt. De een zal wellicht zijn gehele leven dromen. De ander zal in zijn vroege jeugd ontwaken. Maar er zijn zielen, zoals in het geval van Jezus Christus, die vanaf hun kindertijd hun ontwaakte condite beginnen te manifesteren. Dat hangt daarom niet af van een bepaalde leeftijd. Zelfs een baby kan ontwaakt zijn. En het kan zijn dat iemand zijn gehele leven in een droom leeft en deze wereld verlaat in dezelfde droom. En toch hoewel er een onderbewust ontwaken is wanneer iets begint te zeggen: ´Je bent aan het dromen. Er is iets anders voor jou om te weten!´ luister je er vaak niet naar.

Vroeg of laat echter kan er die tijd in ons leven komen waarin we wakker worden uit de droom. En zodra we ontwaken uit deze droom is onze eerste gedachte: ´Waar gaat het allemaal over? Waarom zijn we hier? Wat zijn we hier aan het doen? Waar moeten we naartoe gaan? Wat is het doel van ons leven?´ En wanneer deze gedachte opkomt begint iemand zich wat minder te interesseren voor de zaken van het dagelijkse leven. Dit betekent niet dat hij minder vaardig is om ze te verrichten, integendeel, een ontwaakt iemand kan grotere wereldse zaken volbrengen dan degene die droomt en op een betere manier. Als onze politici van vandaag en onze grote kooplui en rijke mensen, opvoeders en wetenschappers, spirituele personen zouden zijn dan zou de wereld anders worden. En zij zelf zouden niet minder zijn dan ze nu zijn. Zij zouden daadwerkelijk grote zaken volbrengen.

Denk je dat we oorlogen zouden hebben als de huidige generaals, politici, staatslieden en zakenlieden ontwaakte zielen zouden zijn? Tegen deze tijd zouden we die dagen van stomheid waarin mensen elkaar vermoorden zijn gepasseerd. We bevinden ons in een andere evolutiegraad en tegenwoordig zou er geen noodzaak meer hoeven zijn voor oorlog. De mensheid is volwassen, ze is niet langer een kind. Maar zelfs na een oorlog is er geen zekerheid voor vrede. We weten niet wat er morgen zal gebeuren en dat laat zien dat er iets mist. En wat er mist is het besef van de droom. De mensen denken ze ontwaakt zijn, dat ze gezond verstand bezitten en toch slapen ze nog steeds. Wij dienen wakker te worden uit deze droom waarin we ons bevinden. De ziel dient te komen tot de verwerkelijking van wat ze is. Dan zal er een betere tijd voor ons aanbreken.

Het eerste teken dat je opmerkt na het ontwaken van de ziel is dat je vanuit twee gezichtspunten begint te kijken. Je begint het juist van het verkeerde en het verkeerde van het juiste te zien. Je begint het goede van het slechte en het slechte van het goede te zien. Je begint te zien dat alles in zijn tegendeel wordt gereflecteerd. Op deze manier stijgt je uit boven intellectualiteit die dan een primitieve of elementaire kennis lijkt te zijn. Je ziet het donkere in het lichte en het lichte in het donkere, de dood in de geboorte en de geboorte in de dood. Het is een soort dubbele visie van dingen. En wanneer je dit hebt bereikt dan heeft de rede de weg vrijgemaakt naar hogere redenering. Ongetwijfeld zal je taal gebrabbel worden voor anderen. Mensen zullen die niet begrijpen. Zij zullen in de war raken door wat je zegt. Voor sommigen zal het te simpel zijn, voor anderen te subtiel. Te simpel voor degenen die slechts woorden zonder betekenis horen en te subtiel voor degenen die de betekenis trachten te begrijpen en die niet bereiken.

Het derde aspect is dat je bij een mislukking niet zo´n grote teleurstelling zal ervaren en bij een succes niet zo´n grote vreugde. In ongunstige omstandigheden zul je niet zo ontmoedigd zijn, in gunstige omstandigheden niet zo verwaand. En deze continue veranderingen ervaren we in deze wereld, zoals vrienden die in vijanden veranderen, liefde die soms verandert in haat, gevoeligheid in ongevoeligheid, deze kleine verrassingen die we elke dag in deze wereld ervaren wanneer de dingen anders zijn dan wat we verwachtten, al deze schokken zullen niet zo diep worden gevoeld. Het leven in de wereld is vol schokken. Er komt geen einde aan. Bij elke bocht ontdekken we de een of andere verrassing, altijd iets nieuws. Maar wanneer de ziel ontwaakt is voelen we deze schokken niet zo diepgaand. Zij komen maar ze raken ons niet zo hevig.

Tegelijkertijd, ondanks dit alles komt er een dieper gevoel. Een gevorderd iemand is ontvankelijker voor kwetsingen dan degene die niet gevorderd is omdat zijn hart teder wordt en hij onmiddellijk voelt. Hij is levend. Een rots zou het niet voelen. Dit ontwaken van de ziel geeft aan de ene kant verfijning en aan de andere kant kracht om de schokken te doorstaan.

En dan komen we bij een andere fase die zich ontwikkelt na het ontwaken van de ziel en dat is de wens naar vrijheid. Mensen denken dat ze deze kunnen verwerven door zich terug te trekken uit de aangelegenheden van de wereld. Dat is ongetwijfeld een verleiding. Een spiritueel iemand beschouwt het als een verleiding. Een ontwaakte ziel acht niet langere de droom van belang en toch zal hij zeggen: ´Wanneer ik met pensioen ga zal ik nog steeds werken omdat ik nog steeds in staat zal zijn nuttig te zijn´. Dat is de gedachte wanneer je minder zelfzuchtig bent.

De ultieme vrijheid van de ziel wordt verworven door concentratie, meditatie, contemplatie en verwerkelijking. Welke concentratie is er nodig voor de vrijheid van de ziel? De concentratie op dat doel dat wordt voorgeschreven door je spirituele leraar, dat door het denken aan dat specifieke doel je in staat kunt zijn om jezelf voor een ogenblik te vergeten. En wat voor contemplatie is er dan nodig? De contemplatie dat ´dit, mijn begrendse zelf, niet langer mij zelf is maar God´s eigen instrument, God´s tempel die is gemaakt opdat de Naam van God verheerlijkt wordt´. Welke meditatie is er vereist? De meditatie over de gedachte van God, het Wezen van God, je eigen begrensde zelf absoluut vergetend. En de verwerkelijking is dit, dat dan elke stem die tot je komt God´s stem is, elke gidsing God´s gidsing is, elke impuls een goddelijke impuls is, elke daad door God wordt verricht. Op deze manier wordt de ziel vrij gemaakt en in de vrijheid van de ziel ligt de bestemming van het leven.