Voordat je het nut kunt begrijpen van het tot rust brengen van de mind dien je de discrepantie te overwegen tussen het advies om de mind tot rust te brengen en het advies om het lichaam niet tot rust te brengen. Het leven is niets anders dan een activiteit in alle zaken. Inactiviteit van het lichaam neemt de energie en de kracht ervan weg. De spieren hebben niet de kans zich te ontwikkelen. De luie, inactieve persoon lijdt altijd aan indigestie of zo´n soort aandoening. Hoe kan het dan zo zijn dat wanneer de mind tot rust wordt gebracht die niet zal lijden aan verlies van energie en kracht? Stompt het tot rust brengen van de mind iemand niet af? Als de stem ontwikkeld moet worden dan dient die gebruikt te worden in zang-oefeningen en bij het uitvoeren van bepaalde oefeningen. Als de spieren zich moeten ontwikkelen, dan moeten ze gebruikt worden. Hoe kan dan het tot rust brengen van de mind macht van de mind creëren?
Er zit een grote waarheid in deze tegenwerping. Het tot rust brengen van de mind zou de mind afstompen en machteloos maken, als iemand niet het geheim van het leven of de wet van het leven zou begrijpen. Het is waar dat onze oefeningen en activiteit in het leven op het fysieke niveau ruimte moeten geven aan rust, comfort en slaap tijdens de nacht. Als ons lichaam die rust niet ontvangt kan het nooit opbloeien. We hebben meer rust dan activiteit nodig. Wij hebben meer comfort dan gezwoeg nodig. En als we dat niet krijgen dan raakt onze gezondheid uit balans. Daaruit volgt dus dat net zoals het voor het lichaam nodig is om comfort en rust te hebben na gezwoeg, het voor de mind nodig is rust en vrede te hebben na te hebben gedacht en gewerkt.
Zeker, de mind wordt samengesteld uit verfijndere elementen, terwijl daarentegen het lichaam wordt gemaakt van grovere elementen en dat maakt een groot verschil in activiteit. Hoe hoger het bestaansniveau, hoe aktiever je bent. Hoe lager het niveau, hoe minder de activiteiten in aantal zijn. Daarom is de mind van nature actiever dan het lichaam. Derhalve is, als er na gezwoeg rust nodig is, dit des te meer van toepassing op de mind dan op het lichaam! Wij laten over het algemeen het lichaam rusten wanneer de omstandigheden ons dat toestaan. Wij leunen achteruit op een divan of in een leunstoel nadat we thuiskomen uit kantoor of van het werk en ´s nachts rusten we en gaan we slapen. Wanneer laten we echter de mind tot rust komen? Rust is voor de mind net zo noodzakelijk als voor het lichaam en toch houden we de mind constant bezig. De mind is constant aan het werk zelfs als ons lichaam aan het rusten is. Zelfs als het lichaam aan het slapen is, produceert de mind dromen en is hij constant aan het werk. Veel mensen staan de hele dag bij hun werk gedurenden welke tijd de mind niet minder bezig is met het werk op het fysieke niveau dan het lichaam, want de mind werkt samen met het lichaam. En toch werken veel mensen de hele nacht met hun mind. Het lichaam krijgt rust en comfort, maar de mind niet. Zelfs in een leunstoel zijn ze zich nog steeds iets aan het voorstellen, nog steeds met hun mind aan het werk.
De mind heeft geen vrije tijd. Hij is zich wellicht zorgen aan het maken, plannen aan het maken of aan het denken over de worstelingen en angsten waarmee het leven zo vol is. Er is nauwelijks een moment waarop de mind rust heeft, behalve wanneer de natuur hem rust schenkt omdat hij te vermoeid is om nog te werken. De mind zegt: ´Ik zal goed slapen´. En ook al krijgt hij slechts twee uurtjes slaap, je wordt dan wakker met zo´n vreugde en kracht dat de hele wereld als nieuw lijkt. Als er dromen zijn geweest, kun je alleen maar zeggen dat je hebt geslapen, maar voel je je niet uitgerust omdat dat deel van het wezen geen enkele rust heeft gehad.
Dit alles laat de grote praktische behoefte voor de mind om te rusten, om tot rust gebracht te worden, zien. Degenen die er een principe van maken dat werk altijd aan te bevelen is zijn eenzijdig. Balans ligt in het waarnemen dat werk en rust in dezelfde mate nodig zijn voor een goede gezondheid, zowel fysiek als mentaal.
Het werk van het lichaam wordt soms onder iemands´ controle gehouden, maar hij houdt niet het werk van de mind onder zijn controle. Dit komt niet omdat hij dat niet kan doen, dat komt omdat hij er nooit aan denkt. Stopt er ooit iemand om zich af te vragen: ´Waarom was ik aan het denken? Was er enig nut in die angstige, bezorgde gedachten? Kwam dat niet omdat de mind werd toegestaan te gaan waar hij maar wilde? Waren de gedachten niet aktief met zaken die niets te maken hebben met mijn leven, met zaken die niet in het minst mijzelf of iemand anders aangaan, terwijl ik rustig in een stoel zat? Het was slechts verspilling van energie´.
Hoe meer het de mind wordt toegestaan om maar zonder doel door te gaan, hoe waarschijnlijker het is dat hij een voertuig of een machine wordt, vanwaar allerlei soorten invloeden om hem heen van andere menselijke wezens of van spirits waardoor hij bezeten wordt gebruik zullen maken in plaats van de eigenaar van de mind zelf. Als de gebruiker van die mind een gevoelig iemand is dan zal die wellicht op de juiste wijze handelen, maar anders wordt het werk van de mind verkwist. Hoe dan ook zou het niet de vervulling van het doel van zijn leven zijn. Dit doel is meesterschap te leren, niet een voertuig worden dat anderen gebruiken. Degene die nie zijn eigen mind bestuurt mist meesterschap.
Dit alles toont aan dat de allereerste les die de mysticus in het leven leert de training van de mind is. Het is niet het tot rust brengen van de mind. Dat komt later. Het eerste is om de activiteiten te trainen en te checken. Dit wordt geïllustreerd met de woorden ´verbeelding´ en ´gedachte´. Soms gebruiken we het woord gedachte waar we het woord verbeelding zouden moeten gebruiken. Soms het woord verbeelding waar we gedachte zouden moeten gebruiken. Beide zijn verschillende vormen van activiteit van de mind. In het eerste geval is de verbeelding, de activiteit van de mind, ongecontroleerd, zonder onze opzet en wordt die niet gestuurd in de richting van een bepaald doel. Iemand kan fantasierijk zijn en zijn verbeeldingen kunnen op prachtige bloemen lijken. Maar als er geen doel is zijn de bloemen van geen enkel nut voor de plant. Dat er prachtige dingen zijn geproduceerd heeft geen verdienste omdat niemand weet uit welke bron de verbeeldingen zijn gekomen. In geval van gedachte echter is dit gestuurde verbeelding. Het is een gecontroleerde activiteit van de mind. Dat is de reden waarom we een bedachtzaam iemand niet fantasierijk kunnen noemen noch een fantasierijk iemand bedachtzaam. Hij is bedachtzaam van wie de mind door zijn wil wordt gestuurd, van wie de mind zijn bedoelingen volbrengt, van wie de mind onder controle van zijn bedoeling is.
Verbeelding kan zeer mooi zijn of precies het tegenovergestelde. Ze kan juist of verkeerd zijn. Veel mensen die geprezen worden vanwege hun verbeeldingskracht kunnen zich in werkelijkheid in de eerste fase van krankzinnigheid bevinden. Slechts degenen die de activiteit van hun mind onder controle hebben gebracht hebben diepe gedachten aan de wereld geschonken. Degenen van wie de mind mechanisch als een machine werkzaam is of de activiteit van degenen om zich heen aan het reflecteren is, kunnen levende wezens lijken, maar de mystici zouden dat anders benoemen. Want pas nadat iemand meesterschap over zijn mind heeft verworven, nadat hij zich boven deze activiteit bevindt, is hij een regelende macht, een ware persoon.
Wanneer we erover nadenken ontdekken we dat alle dingen die in deze wereld worden volbracht worden volbracht door de macht van de mind. Zoals staat geschreven in de Vedanta: ´De wereld is de schepping van de mind van Brahma´. Dat wil zeggen, het is de gedachte van de Schepper die de wereld heeft geschapen. En als het de gedachte van de Schepper is die deze wereld heeft geschapen dan bevinden we ons net ver van Hem verwijderd. De ziel van de mens is de spirit van de Schepper en heeft derhalve binnenin zich dezelfde macht om te scheppen door de macht van de mind als de Schepper. Alles wat de mens maar schept in wetenschap, kunst, in fenomenen of het verrichten van wonderen, in poëzie, in muziek, in schilderijen of in alles wat hij tot leven maakt wordt allemaal bereikt door de macht van de mind.
Wat is de mens? Is zijn ziel niet goddelijke substantie? Het woord man is afkomstig van het Sanskriet Manu, wat mind betekent. De mens is wat zijn mind is, wat hij denkt: ´Zoals een mens in zijn hart denkt, zo is hij´. Zelfs de toekomst, net als het verleden, is wat hij denkt, omdat hij zelf het beeld van zijn gedachen wordt. God heeft de mens geschapen in het beeld van zijn gedachten. Als er al enig zelf is waarvan je kunt zeggen: ´Dit is de mens´, dan is het wel de mind. De drie Sanskriet-woorden Mana, Manu, Manusha laten zien dat de mens zijn mind is, het product van zijn mind is en ook degene is die de controle heeft over de activiteit van de mind. Als hij zijn mind niet onder controle heeft, is hij geen meester maar een slaaf. Het hangt van zijn eigen mind af of hij meester zal zijn of dat hij slaaf zal zijn. Hij is slaaf wanneer hij het nalaat om meester te zijn. Hij is meester als hij er zorg voor draagt om meester te zijn.
Meesterschap ligt niet alleen in het tot rust brengen van de mind, maar ook in het sturen ervan in de richting van elk punt dat we maar willen, in het de mind toestaan actief te zijn voor zover wij dat willen, in het gebruiken van de mind om ons doel te vervullen en in het ervoor te zorgen dat de mind rustig wordt wanneer we hem tot rust willen brengen. Degene die voor elkaar heeft gekregen heeft zijn hemel binnenin zichzelf geschapen. Hij heeft er geen behoefte aan om te wachten op een hemel in het hiernamaals, want hij heeft die nu binnenin zijn eigen mind voortgebracht.
Er is een verhaal over een murshid en zijn mureed. De mureed zei: ´O, Leraar, ik zou graag de hemel willen zien´. De leraar zei: ´Ja, dit is de manier waarop je zou moeten mediteren teneinde de hemel te zien´. Dus ging de mureed weg en deed dat. Maar de visie van de hemel die hij had was niet zoals omschreven in de geschriften, een plaats waar je alleen maar geniet van comfort en luxe, melk en honing, marmeren hallen en witte robes, prachtige juwelen en sieraden, bloemenslingers en het wuiven van palmen. Hij kon niets van dit alles zien en hij vroeg zich af: ´Heeft de murshid mij misschien een verkeerde hemel getoond of hebben de profeten een verkeerde boodschap in de geschriften gegeven?´
Dus ging hij terug naar zijn leraar en zei: ´Nu zou ik de hel willen zien´. De murshid zei: ´Ja, dit is de manier waarop je zou moeten mediteren teneinde de hel te zien´. De mureed deed dat vervolgens en hij zag in een trance dat er zeker zo´n plaats was, maar dat er geen vuur, slangen, doornen, martelingen, duiveltjes of vlammen waren zoals die de mensen door de tijden heen waren omschreven. Dus kon hij niet begrijpen of zijn visie goed of fout was. En hij ging terug naar zijn leraar en zei: ´Ik heb op deze manier gezien: ik heb in de hemel niet de dingen gezien die worden beloofd noch heb ik in de hel de dingen gezien waarvan wordt voorspeld dat die er zullen zijn´. ´O´, zei de leraar, ´alles wat beloofd is voor het hiernamaals zul je van hieruit mee moeten nemen. Zij worden niet voor je gereed gehouden. Je zult ze met je mee moeten brengen. Als je zorgen met je meeneemt, zul je die daar vinden. Als je haat meeneemt, zul je die daar vinden. Je mind is als een grammofoonplaat en als je een ruwe stem gebruikt dan produceert het instrument een ruwe toon. Als er prachtige woorden en noten zijn dan zal het prachtige woorden en tonen zingen. De plaat zal dezelfde registratie produceren als die jij in het leven hebt ervaren. Je hoeft waarlijk niet tot na de dood te wachten teneinde het te ervaren. Jij bent het zelfs nu aan het ervaren´.
Alles wordt nu voor onze ogen gereproduceerd als we er toch maar eens naar konden luisteren en het konden waarnemen. Elk goed of slecht woord en elke goede of slechte daad wordt voor onze ogen gereproduceerd hoewel het als in een droom lijkt.
Als we het leven scherpzinnig zouden bekijken dan zouden we zien hoe waar dit is. Vreugde, leed en liefde hangen allemaal af van ons denken, van de activiteit van onze mind. Als we gedeprimeerd zijn of als we ons wanhopig voelen is dan is dat nog steeds het werk van onze mind. Onze mind heeft dat voor ons voorbereid. En als we vreugdevol en gelukkig zijn en alle dingen aangenaam zijn dan is dat ook door onze mind voor ons voorbereid. Slechts wanneer onze mind zonder controle werkzaam is komen verdriet, leed, problemen, pijn of wat dan ook zonder dat we dat zo bedoelen op ons af. Niemand kan wensen de hel voor zichzelf te creëren. Iedereen zou de hemel voor zichzelf creëren als ze dat zouden kunnen. En toch zijn er velen die hun mind toestaan deze dingen voor hen voor te bereiden, ongeacht hun eigen bedoeling.
De controle over de activiteit van de mind wordt in de taal van de mystici concentratie genoemd. De betekenis van dit woord wordt vaak niet juist begrepen. Mensen zijn geneigd te denken dat concentratie alleen maar het sluiten van de ogen inhoudt. Je kunt echter je ogen urenlang sluiten en toch blijven de gedachten als een film opkomen. Mensen zijn nooit rustig, nooit vredig. Angst en leed verdwijnen niet alleen maar omdat ze hun ogen sluiten. Concentratie doet dat. Concentratie is activiteit van de mind in de gewenste richting. Ons verlangen draagt de mind op in welke richting die aktief moet worden. De mind handelt in overeenstemming met onze wensen.
Hoe moeilijk dit is om te doen, weten degenen die dit hebben geprobeerd. Zodra de mind tot rust is gebracht en inactief is begint die te springen en weg te rennen van de controle. Hij rent in elke richting behalve in de richting die we willen. Wij houden hem vast. Hij glipt altijd weg. Pas nadat je begint te proberen je te concentreren zie je hoe oncontroleerbaar en ongezeglijk de mind is.
Deze waarheid wordt heel goed verbeeld in het verhaal uit de Ramayana, het grote Hindoe-geschrift, dat vertelt over de twee kinderen van Rama, Lahu en Kusha. De mythe verklaart de conditie van de menselijke mind als die van een ongezeglijk paard. Rent hij niet altijd van hot naar haar? Lijkt hij niet op een paard dat van plaats tot plaats rent, elke keer weer verder weg wanneer we denken dat we in staat zijn hem aan te raken? Wanneer iemand tegen zichzelf zegt: ´Ik zal nergens aan denken´, komen er dan niet duizend gedachten op? Dat laat zien dat de aard ervan als een ongezeglijk paard is, dat vaardigheid vereist om het te beheersen.
De sleutel tot het probleem van het beheersen van de mind, de sleutel tot concentratie, wordt ons gegeven door onze oudere broer, de murshid onder de soefi´s, de goeroe onder de hindoes, die een leraar is met ervaring met het paard, die het hebben getraind en er meester over geworden zijn. Hij zegt: ´Als je niet de juiste vriend hebt zul je er misschien in slagen het paard te vangen en misschien ook niet. Als je echter de juiste methode volgt waarmee je het paard kunt vangen dan zal je dat snel lukken´. Dat is de reden waarom het nodig is een concentratiemethode te hebben. Mystici, yogis, fakirs en asceten hebben een methode. En door die methode te leren wordt de concentratie gemakkelijk verworven. Wanneer de mind onder controle wordt gebracht en tot een voertuig wordt gemaakt, absoluut onder onze controle, werkend zoals wij dat willen dan kunnen we hem ook tot rust brengen.
Het voordeel van het tot rust brengen is zelfs groter. Als je toch alleen maar eens het voordeel van volmaakte rust zou kunnen vatten, zelfs alleen al van het lichaam! Wij zien een symbool van die rust in de beelden van Boeddha, van Krishna of van andere idolen. Wat een effect hebben die niet! Vergelijk het met het effect van iemand die in onze aanwezigheid komt en altijd actief is, in zijn handen wrijvend, rondlopend, zijn schouders ophalend, grimassen trekkend, op de tafel tikkend, krabbend, niet in staat om op de een of andere manier stil te blijven zitten. Maakt hij ons ook niet onrustig? De hele atmosfeer raakt verstoord. Waarom? Omdat er een intense activiteit van de mind haar effect op het lichaam heeft. Het lichaam en de mind bevinden zich beide in een onrustige toestand, die iedereen die aanwezig is beïnvloedt, want die produceert onrust in de hele atmosfeer. We kunnen ons er niet van bewust zijn dat dat zo is, maar onbewust voelen we ons verstoord.
Het grote comfort dat je vindt nadat je uit een diepe slaap bent ontwaakt kan met niet in de wereld worden vergeleken. Maar meer dan dat ziet de mysticus in de slaap het symbool van een grootse mystieke toestand. Roemi, de soefi-leraar uit Perzië, zegt: ´O slaap, in u vind ik de goddelijke zegen. Gij maakt dat patienten hun ziekte vergeten. Gij maakt dat koningen tijdelijk vergeten dat ze zich in een paleis bevinden. Gij maakt dat gevangen tijdelijk vergeten dat ze zich in gevangenschap bevinden. Wat een zegen, wat een vreugde van zegen wanneer de ziel bevrijd is uit deze beperkingen, uit de aanwezigheid van de verschillende aspecten van het leven die haar gevangen houden!´
De slaap is de tijd waarin de ziel vrij is. Dat is de reden waarom slaap zo´n belangrijke toestand is voor de mysticus. In het Oosten zegt men: wanneer iemand slaapt moet je hem niet wekken. Het is een grote zonde dat te doen. In het Westen kan men dat natuurlijk niet zeggen, want hoe moet dat dan als hij ´s morgens niet naar zijn werk gaat? Het zou een grote zonde zijn als we hem niet zouden wekken.
Net zoals er tijdens een gezonde slaap zo´n comfort, vreugde en zo´n geheim van hemelse vrede aanwezig is, zo is er een grotere vreugde, vrede en inspiratie wanneer de mind tot rust is gebracht. De mind lijkt zozeer op water dat onze dichters die altijd de zee of de oceaan noemen. De aard van water is dat als we erin kijken we daar een gezicht, onze eigen beeltenis gereflecteerd zien. Als het water niet rustig is, is het gezicht niet helder. Wanneer het water rustig is is alles wat erin wordt gereflecteerd helder. Zo is het ook met de mind. Wanneer de mind tot rust is gebracht hoort hij wat een ander zegt, kan hij diep nadenken over alles wat hij ziet. En wanneer je voldoende ontwikkeld bent dan kan de mind zelfs horen wat er aan de andere kant wordt gezegd. Kan hij zelfs horen wat God vanuit de hemel zegt.
Derhalve zijn het degenen die eerst de rust in hun leven hebben volbracht, degenen die hun oren van hun hart in staat hebben gesteld om naar het Woord van God te luisteren. En wat voor een atmosfeer kunnen zulke mensen niet produceren, wat voor een effect heeft hun aanwezigheid niet! Het is meer dan healend, meer dan medicijn. Iemand met een volmaakt tot rust gebrachte, tevreden en rustende mind zal onmiddellijk een ander optillen die door wanhoop, rusteloosheid, pijn, boosheid, leed of angst heen gaat. Enkel al de aanwezigheid van iemand van wie de mind tot rust is gebracht schenkt een dergelijke hoop, inspiratie, sympathie, macht en leven. Alle hemelse eigenschappen stromen zo soepel en vrijelijk vanuit die persoon van wie de mind tot rust is gebracht dat zijn woorden, zijn stem en zijn aanwezigheid allemaal reageren op de mind van anderen. En daar hij zijn mind tot rust brengt wordt enkel al zijn aanwezigheid healend.