Men zegt dat in het Oosten de vrouw is gedomineerd door de man; maar vanuit Oosters gezichtspunt kan zij nooit door hem worden gedomineerd. Zij is niet alleen het ideaal van de schoonheid van de natuur, zij is ook de bewaakster van de menselijke schoonheid. En derhalve is zij in het Oosten beschouwd als iemand die wordt weggesloten en waardig om bewaakt te worden tegen de strijd van de wereld die de man, die ruwer is gemaakt, gemakkelijk kan verdragen.
Met betrekking tot haar meest verantwoordelijke doel van haar leven hebben aanhangers van Zarathustra, Brahmanen en veel secten van de Hindoe´s van oudsher regelmatige rustdagen, zelfs voor huishoudelijke plichten, toebedeeld aan zowel de bedienden als de meesteres. En er bestaat een wijdverspreide overtuiging in het Oosten dat als een aanstaande moeder veel verschillende gezichten ziet, soms vernederend en lelijk, en met veel karakter moet omgaan, het wrede, het onvriendelijke, het bittere, dat dan het gewenste beeld, ontworpen door de pen van de natuur in haar schoot, in verwarring moet raken en wordt veranderd. Derhalve wordt zij met zorg omringt die haar poogt te beschermen tegen elke lelijkheid en haar zo slechts te omringen met sympathie, zachtmoedigheid en schoonheid. Het is waar dat dit ideaal van omzichtigheid zich ontwikkelt in veel tyranniën en belemmerende bijgeloven; maar in Oosterse ogen lijken deze tyranniën niet zo hypocriet of hard als die die men in het moderne Europa ziet, waar de vrouw met schijnbare persoonlijke vrijheid op gelijke wijze met mannen vecht op de open markt van het leven en toch altijd ongelijk is, nog steeds gehinderd door kunstmatige beperkingen die door mannen zijn bedacht.
Mannen over de gehele wereld hebben de wens de eerste te zijn die de vrouw bezit die de moeder van zijn kinderen gaat worden; en deze wens is geworteld in de overtuiging dat het beeld en de persoonlijkheid van de eerste man door wie een vrouw in verwachting raakt zich misschien reflecteert in al zijn kinderen. Dit is in feite een geloof in de macht van mentale impressies, ofschoon dat niet altijd bewust wordt aangehangen. Dierenfokkers in alle landen wijzen op gevallen die het idee ondersteunen dat als een vrouwtje wordt gepaard met een mannetje van inferieur ras of met een mannetje dat een eigenaardigheid heeft, het niet zeker is dat haar nageslacht van andere mannetjes niet bezoedeld zijn worden door de inferioriteit van de eerste partner. Deze overtuigingen en voorbeelden wijzen op het feit dat de vrouw zowel mentaal als fysiek zwanger raakt en dat een sterke mentale impressie heel goed onuitwisbaar blijkt te zijn.
En ofschoon de modere wetenschappelijke kijk ontkent dat mentale impressies en emoties veel effect op het fysieke lichaam hebben door bijvoorbeeld te wijzen naar de misvorming van een hoofd of schedel en door dit als de reden voor onvolwaardige geesteskracht of krankzinnigheid, zal de Oosterse filosoof nog altijd vragen welk defect zich het eerst liet zien; was dat het mentale of het fysieke defect?
De geschiedenis en de resulterende psychologie van elk volk is zo verschillend dat het voor het ene ras onmogelijk is om vanuit hun eigen gezichtspunt de geëvolueerde gewoonten van een ander ras te beoordelen. De man wijst met verbazing naar de diepe tederheid en bewondering voor de vrouw, naar de wanhoop bij haar verlies, en naar de mooiste loyale gevoelens voor de geliefde, die de liederen inspireren van zelfs de wildere en minder geletterde volkeren van de wereld; een verbazing die zelf aanleiding geeft tot verbazing.
De Hindoe aanbidt Krishna aan de zijde van zijn eega en aanbidt vooral dat ideaal van zorg en voorkomendheid waarover we hebben gesproken. De volgeling van de Islam legt uit dat elke vrouw in de Islam haar eigen naam behoudt na het huwelijk, wat aantoont dat zij zowel in huis als daarbuiten als een verantwoordelijk individu staat. Hij zal in herinnering brengen dat de Profeet altijd het ideaal van het vrouw-zijn heeft hooggehouden door zijn volgelingen te laten zweren in hun eed van trouw aan hem om geen kwaad over de vrouw te spreken; en door de vrouwen zelf te vragen waardigheid te tonen door hun kleding en manier van doen. Hij die zo scherp de degeneratie van zijn volk aanvoelde, haalde in zijn hervormingscampagne eerst uit naar de degradatie waaraan de brutaliteit van de man de vrouw onderwerpt. Een de volgeling van de Islam overdenkt ook de lange rij vrouwen die zeker het slachtoffer van bijgeloof zouden zijn geworden omwille van hun ongewone talenten en zouden zijn gedood als ´heksen´ of ´bedienden van de duivel´ als zij in dezelfde perioden in Christelijke landen hadden geleefd, maar die als sterren stralen in de annalen van de geschiedenis van de Islam wegens hun intellectuele prestaties of spirituele bereiking. Elk land verdedigt zijn eigen ideaal van de vrouw als zijnde de hoogste; en bij elk land behoren zijn bijzondere tyranniën die niets anders zijn dan verschillende aspecten van dezelfde blinde neigingen van de mensheid.
Er wordt in het Oosten een verhaal verteld over hoe een koning aan het debatteren was met zijn filosofen en vrienden over de kwestie van waar schoonheid is ligt. Toen zij samen op het terras van het paleis aan het praten waren zagen zij kinderen spelen onder in de tuin. Plotseling riep de koning tegen de slaaf van de tuin en zei terwijl hij hem een met juwelen bezet hoofddeksel gaf: ´Neem dit nu en zet het op het hoofd van het kind van wie de schoonheid volgens jou het best erbij past; kies en kroon de mooiste van al degenen die daar beneden aan het spelen zijn´. De slaaf, een beetje in verlegenheid gebracht maar vergenoegd en geïnteresseerd, nam het met juwelen bedekte hoofddeksel zeer voorzichtig aan. Hij probeerde het eerst uit op de zoon van de koning; hij zag dat het de knappe jongeman stond en toch was de slaaf op de een of andere manier niet tevreden; het scheen hem toe dat er iets bij de knaap ontbrak en hij probeerde het uit op het hoofd van een ander, en weer een ander, totdat hij het tenslotte op zijn eigen kleine zoon uitprobeerde. Toen zag hij dat het hoofddeksel hem perfect paste; het stond hem prachtig; het was precies het goede hoofddeksel voor hem. Dus nam de slaaf zijn zoon bij de hand en leidde hem naar de koning en een beetje trillend van angst zei hij: ´Sire, van alle kinderen vind ik dat de kroon dit kind het beste past. Als ik waarlijk de waarheid zeg dan dien ik dit te zeggen, ofschoon ik me schaam zo brutaal te lijken; want waarlijk de jongen is de zoon van mijn meest onwaardige zelf´.
Toen lachten de koning en degenen die bij hem waren zeer hartelijk toen hij de slaaf bedankte en beloonde hem met hetzelfde hoofddeksel voor zijn kind en zei: ´Je hebt me zeker verteld wat ik wilde weten; het is het hart dat schoonheid waarneemt´. Want de zoon van deze negerslaaf was voorwaar een zeer lelijk kind, zoals de koning en al degenen die bij hem waren ogenblikkelijk zagen.
Idealen worden door de diverse verbeeldingen van de mensen gemaakt en derhalve verschillen de idealen; maar het vasthouden van het ideaal is de taak van het hart, dat onveranderlijke hart dat de rede omvat en groter is dan de rede, net zoals een hand groter is dan een van zijn vingers.
De Venus van Milo, dat standbeeld waarvan de schoonheid de grenzen van de naties overschrijdt, de bewondering afdwingend van totaal verschillende kunstscholen, suggereert dat de schoonheid van vrouwen overwint zonder wapens.
Er is niets waarvoor een man zo blindelings alles wat hij bezit opoffert als voor de vrouw die hij liefheeft. Men ziet dat hij zich ontdoet van zijn normen van denken en begrijpen, dat hij zich ontdoet van zijn familie en vrienden en van zijn positie omwille van haar die hij liefheeft. En men voelt dat Adam het paradijs met plezier heeft verlaten, toen Eva slechts glimlachte en zei dat het haar plezier zou doen om op aarde rond te lopen.
De schoonheid van de vrouw raakt de man meer dan alle andere schoonheid. De kleuren, de verfijndheid en geur van bloemen, de straling en het licht van juwelen, zijn slechts een achtergrond voor haar. Het schijnt hem toe dat alle natuur geschapen werd om zich voor te bereiden op haar wezen. En hij vindt geen onderwerp wat zo mooi is voor zijn kunst als een prachtige weergave van twee jeugdige menselijke figuren, een mannelijke en een vrouwelijke figuur. Maar hoe zal hij haar die hij liefheeft omschrijven? Want wanneer hij zich bewust is van schoonheid sluit hij zijn lippen. Net zoals de oceaan niet geleegd kan worden in een vat dat door menselijke handen is gemaakt, kan schoonheid niet gevangen worden binnen de grenzen van menselijke definities. Er bestaat de schoonheid van de spar, een schoonheid van recht zijn en rechtop staan; en dan is er de schoonheid van de zwaaiende takken van de treurwilg. Of nog anders een kromme lijn toegevoegd aan de schoonheid van standvastigheid van vorm verdubbelt soms die lieflijkheid. Wat kan deze diversiteit verklaren? Schoonheid van beweging, van gebaar, van gelaatstrek, van expressie, van stem, ontsnappen aan een uitleg, die waarlijk maar een beperkt iets is.
Hoe kalm lijken de bergen en heuvels te wachten op een dag die moet komen; als je dicht naar hen toe gaat en luistert lijken zij jou dit te vertellen. Hoe gretig lijken de bomen en planten uit te zien naar een bepaalde dag, een bepaald uur; het uur dat de vervulling van hun wens zal zijn. Dezelfde wens, intens en uitgesproken, wordt nog steeds bij vogels en bij dieren gezien; maar de vervulling ervan is in de mens. Dezelfde aspiratie die door alle aspecten van het leven heen werkt en zulke gevarieerde vruchten heeft voortgebracht culmineert in de mensheid en bereidt via de mensheid een pad voor dat omhoogreikt naar de hoogte genaamd goddelijkheid, die de perfectie van schoonheid is.