Onze levenservaring

Bewust of onbewust roepen we dat element naar ons toe dat ons maakt tot wat we zijn. Wat we derhalve in het leven ervaren is ofwel wat we al in het verleden naar ons toegeroepen hebben ofwel wat we op dit huidige moment naar ons toeroepen. Het is voor iemand heel moeilijk om iets voor de eerste keer te horen en het onmiddellijk te accepteren. Niemand in deze wereld verlangt iets te vragen wat hij niet wil hebben, dus, zoals Emerson heeft gezegd: denk van tevoren na over wat je wilt.

Het principe van heel de schepping wordt hierop gebaseerd; zelfs de vruchten, de bloemen, de planten en de bomen lokken dat element wat hen vormt teneinde te worden wat ze zijn. Als geur bij elke bloem zou horen dan zou elke bloem geur hebben; het is echter maar een bepaalde bloem die geur heeft; dié bloem lokt de geur. Elke bloem heeft een andere kleur. Waarom? Omdat elke bloem die lokt. Elk zaadje of kruid dat medicinale waarde heeft toont dat die bijzonderheid bij hem hoort en lokt die. Het leven van kleine insecten zal ons ook bewijs van hetzelfde feit tonen. Hun groene, blauwe of rode kleur en hun prachtige of lelijke vorm worden allemaal gebaseerd en onder controle gebracht door wat ze naar zichzelf hebben toegeroepen. Insecten die tussen prachtige bloemen bewegen tonen schoonheid in hun kleur en in hun constructie; want zij leven in schoonheid en dus lokken ze schoonheid. Insecten die in de modder leven laten op hun beurt een andere kwaliteit zien. Waarom? Omdat ze dat lokken. Hoe meer we de wetenschap bestuderen, of het nu de natuurlijke wetenschap of de chemische wetenschap is, hoe meer we zullen ontdekken dat elk wezen en elk object met een bepaalde bijzonderheid laat zien dat het is zoals het is omdat het dat specifieke element heeft gelokt.

Je zou je kunnen afvragen hoe het komt dat er soms weinig verschil in de kleuren van de bloemen en de bladeren zit en dat alle rozen min of meer dezelfde geur hebben, als het waar is dat de bloemen en de planten het element lokken dat hun kleur uitmaakt. Het antwoord is dat het verleden van de roos achter haar ligt; en omdat het zaadje van de roos zwanger was geworden met die eigenschappen die de roos vertoont, heeft het die geur en kleur als zijn erfenis behouden. Tegelijkertijd echter heeft het uit de lucht en de zon die substantie genomen die het tot een perfecte roos maakt. Met andere woorden: er is wellicht in de een of andere tuin een andere plant, een bloem die zonder geur is. Die heeft dezelfde zon, dezelfde lucht, bevindt zich in dezelfde aarde; het is echter de roos die de eigenschappen lokt die haar tot een roos maken. Hoewel die bloem zich op dezelfde plaats bevindt lokt ze die eigenschappen niet maar lokt ze alleen maar die eigenschappen die haar houden zoals ze is. En van mensen zou je op symbolische wijze kunnen zeggen dat de een over de aarde kruipt, een ander rustig aan loopt, een derde rent en dat een vierde vliegt; toch bevinden ze zich op dezelfde aarde en onder dezelfde zon. Geen enkele kwaliteit kan bestaan zonder in stand te worden gehouden door hetgeen wat ze elk moment van de dag naar zich toetrekt. Net zoals ons fysieke lichaam voor zijn bestaan afhankelijk is van fysiek voeding en net zoals onze mind afhankelijk is van de voeding van zijn eigen sfeer, zo heeft elke kwaliteit haar voedsel, voedsel wat ze lokt en waarop ze leeft. Net zoals het lichaam zou ophouden te bestaan als hem niet zijn voeding zou worden gegeven, zo zou elke kwaliteit, hoe groot ze ook mag verschijnen in iemand, ophouden te bestaan als er geen voeding binnen bereik zou zijn. Als we het leven om ons heen op scherpzinnige wijze beschouwen dan zullen we hier duizenden bewijzen voor vinden. Hoe veel mensen zijn er niet met een neiging om te zingen of met een verlangen om wat goeds te doen, die zelf niet hun kwaliteiten kunnen vinden of van wie de kwaliteiten verdwijnen als ze eenmaal snakken naar dat voedsel waarop ze leven!

De mens die als het ware het voltooide product van de schepping is toont deze doctrine in volle omvang. Zijn succes, zijn mislukking, zijn zorgen en zijn vreugde hangen allemaal af van wat hij aanroept en van wat hij naar zichzelf toe heeft geroepen. Velen zullen zeggen: ´Maar is het niet zo dat hij ervaart wat voor hem de bedoeling was om te ervaren?´ Dat is het idealistische gezichtspunt en een goed gezichtspunt om aan te nemen; het is ook troostend. Toch, als we ons richten op de studie van de metafysica dan zullen we ontdekken dat het geheim achter de schepping datgene is wat de Hindoes de droom van Brahma noemen. Daar elk wezen Brahma, de Schepper, vertegenwoordigt is elk wezen in zijn sfeer een schepper van zijn eigen leven. Onwetendheid omtrent dit feit houdt de mens af van zijn vooruitgang naar volmaaktheid; en de kennis hieromtrent kan als enige goddelijke kennis genoemd worden. Want als er al ooit iemand hogere verwerkelijking had bereikt dan was dat door deze kennis.

Er zit aan deze kwestie een andere kant die in overweging genomen moet worden. Je zou kunnen zeggen dat er veel onwenselijke zaken zijn die je nooit had moeten wensen, maar dat je ze niet wenste zoals je ze nu ziet; het was, zoals je ze eerder zag, in een andere vorm dat je ze wenste. Heel vaak toont geluk zich in de vermomming van verdriet, heel vaak toont pijn zich in de vermomming van genot. Hij die niet pijn zoekt zal genot zoeken; maar hij weet niet dat de pijn zich zich misschien achter dat genot aan het verstoppen was. Iemand die succes zoekt ziet misschien niet de mislukking die zich erachter verstopt en op dat moment zou juist dat succes zoeken hem naar mislukking leiden. Want dat succes was enkel een succes in schijn; in werkelijkheid was het een mislukking.

Het leven is een komedie en hoe meer je ernaar kijkt hoe meer je ertegen kunt glimlachen; niet glimlachen tegen andere mensen maar tegen jezelf. Het leven is altijd anders dan hoe je denkt dat het zal zijn en dit heeft betrekking op pijn, genot, geluk, succes en op mislukking, op alles.

Mensen vragen zich vaak af waarom sommige zielen in ellendige omstandigheden worden geboren en andere niet. Er is een gezegde in de Koran dat zelfs wijze mannen soms verkeerd hebben geïnterpreteerd: ´De schepping is uit de duisternis opgekomen´. De ziel komt niet altijd met haar ogen open naar de aarde. Ze komt over het algemeen met gesloten ogen zoals wordt getoond door de baby die zijn ogen niet onmiddellijk opent. Om echter de ene conditie met de andere te vergelijken hoef je niet met die condities vertrouwd te zijn en die tijd komt nadat je geboren wordt. Als je deze kwestie op scherpzinniger wijze zou betrachten dan zou je bij een zeer grote realisatie van het geheim van het leven uitkomen en vooral van het geheim van een goed of slecht gesternte. Dan zou je je realiseren dat het niet altijd met opzet is dat een ziel zo beperkt wordt dat ze niet uit een bepaalde conditie kan komen, maar dat elke ziel voor zichzelf een situatie maakt, zelfs nadat ze naar de aarde is gekomen. Er leven veel mensen in ellende of in slechte omstandigheden omdat ze niet beter weten. Als ze beter hadden geweten dan waren ze erin geslaagd zichzelf te verbeteren.

Deze regel is in het leven van toepassing op veel mensen. De meeste redenen voor hun ellende moeten in hun eigen onwetendheid gezocht worden. Als zij zouden weten hoe te vechten, hoe uit hun ellende te geraken dan zouden er vele manieren zijn om dat te doen. Wat echter ook maar de conditie van iemand is, het is nooit oneerlijk, want zijn winsten zullen altijd gelijk zijn aan zijn verliezen en zijn verliezen aan zijn winsten. Echter, we zien niet altijd wat de werkelijke waarde is van elk gewin of verlies en de condities in de buitenwereld tellen in werkelijkheid weinig mee.

Dus de ene persoon heeft problemen en moeilijkheden en de ander heeft vrede. Het heft elkaar echter allemaal op. Ook al vind je met veel moeite iemand die gelukkig is dan is het niet gemakkelijk te bewijzen dat hij gelukkig is. Geluk bestaat slechts uit één ding: de verwerkelijking van God; en om God te verwerkelijken betekent je zelf te verliezen. Net zoals het zwakke kaarslicht ongetwijfeld vervaagt in het licht van de zon, zo valt de hunkering naar kleine pleziertjes weg in het geluk van Gods-bewustzijn. Tegelijkertijd betekent het vinden van God niet het zoeken van verdriet en het afstand doen van alle pleziertjes van het leven. Het leven wordt zelfs aangenamer hoe meer je vooruitkomt in de verwerkelijking van God.

Alle condities zijn illusoir en uiteindelijk is de totale som van ieders´ moeilijkheden dezelfde; dat wil zeggen de totale som is de horizon, maar als we moeten aanwijzen waar de horizon is dan kunnen we dat niet. Als we echter in de richting van de horizon gaan dan ontdekken we dat het onderscheid tussen oorzaak en gevolg steeds vager wordt en dat alles in ons leven steeds meer in evenwicht komt. Hoe verder we gaan hoe dichter we bij dat evenwicht komen dat wordt uitgedrukt door het symbool van de slang met zijn staart in de mond. Er is staart noch mond; de staart en de mond zijn er alleen zolang de slang recht is; zij zijn er niet langer als de slang zichzelf heeft opgerold en zijn staart in zijn mond heeft gestopt.

Er was eens een man die zijn buren haatte en met hen vocht en ruziede. Dit kweekte veel onwil totdat op het einde het hart van een persoon smolt en hij zei: ´Wat zijn we ruzie over aan het maken? Het is slechts een verkeerd begrijpen van een enkel woord dat ik gezegd heb´. En hun hele wereld van haat verschrompelde vanaf dat moment en zij werden vrienden. Er komt een tijd waarin er een opsomming is van de situatie of de gebeurtenis. Dat is het einde ervan; en hoe verder we gaan hoe meer het verdwijnt. Al onze ruzies, hoog of laag, zullen vervagen en verdwijnen; en wanneer er geen kleur in hen is achtergelaten dan komt dat witte licht dat het licht van God is. Die verwerving wordt door Boeddha Nirvana genoemd. Voor onze gewone zintuigen verschijnt kleur als een werkelijkheid, maar in het realisme van de werkelijkheid verdwijnen ze en hebben ze geen bestaan.

Er zijn echter gezegende zielen, zielen die werkelijk verzadigd zijn en van wie de honger wordt gestild door iemand anders te zien eten of die gelukkig zijn door iemand anders gekleed te zien in mooie kleren. Dat kan ons een groot verzaken of zelf-ontkenning toeschijnen; maar zij hebben een kruis gekregen om te dragen en zijn erbovenuit gestegen. Opoffering brengt geen pijn; het schenkt slechts plezier.

De vonk van dit Nirvana bevindt zich in elke ziel. Ik vroeg ooit een kind: ´Zou je niet liever jouw speeltje weggeven aan een ander arm kind?´ Het had het speeltje net gekregen en had er zelfs nog niet mee gespeeld. Ik voegde eraan toe: ´Je moet het speeltje niet weggeven als je niet echt blij zou zijn om het andere kind ermee te zien spelen´. Het leek op het zien van een lucifer die vlamvat. Het kind stemde onmiddellijk in en gaf zijn speeltje en je had zijn gezicht moeten zien; dat straalde van geluk. Derhalve hoeft dit Nirvana niet door studie geleerd te worden; het bevindt zich in ons. Het is een ster in ons waarvan de schittering alle onzuiverheden van het leven consumeert en ze allemaal verandert in zuiverheid die het goddelijke licht is.

Als er geen pijn zou zijn dan zou je niet de ervaring van vreugde hebben. Juist pijn helpt je om vreugde te ervaren. Alles wordt onderscheiden door zijn tegengestelde; en degene die op een diepe wijze pijn voelt is beter in staat om vreugde uit te drukken. Als er geen pijn zou zijn dan zou het leven oninteressant zijn; want door pijn vindt die doordringing plaats en de sensatie na pijn is een diepere vreugde. Zonder pijn zouden de grote musici, atleten, ontdekkers en denkers niet dat stadium hebben bereikt waar ze in de wereld bij uit zijn gekomen. Als ze altijd vreugde hadden ervaren dan zouden ze niet de diepten van het leven hebben aangeraakt. Want wat is pijn? Pijn in de ware betekenis van het woord is de diepste vreugde. Als we verbeeldingskracht hebben dan kunnen we meer van tragedie dan van komedie genieten: komedie is voor kinderen en tragedie is voor volwassenen. Alleen door pijn wordt iemand wat een oude ziel genoemd wordt, iemand die jong van jaren kan zijn maar van wie de gedachten diep zijn.

Als leed en verdriet geen werkelijkheid hebben, waarom heeft Christus dan gezegd: ´Mijn ziel is buitengewoon bedroefd?´ We dienen onderscheid te maken tussen de menselijke kant van het leven van de Meester en de goddelijke kant. Als de menselijke kant niet menselijk zou zijn, wat zou er dan menselijk zijn? Waarom stuurt God Zijn boodschap aan de mensheid door een mens en niet door engelen? Omdat alleen een menselijk wezen menselijke wezens kent. Hij kent ze doordat de menselijke beperking heeft ervaren. Dat hij droefheid voelde is de prachtigste kant van het leven van de Meester. Als hij dat niet had gehad hoe had hij dan kunnen sympathiseren met degenen die bedroefd zijn? Als we allemaal perfect zouden worden geboren dan zou er geen doel in het menselijke leven zijn. He doel van het leven is dat we naar volmaaktheid toe groeien; vanuit de grootste beperking groeien we naar volmaaktheid toe. De schoonheid ervan ligt in het verwerven van wijsheid, in leven ten koste van onze mislukkingen, onze vergissingen. Het is allemaal de moeite waard en het brengt allemaal het doel van onze komst naar de aarde tot vervulling.

Wanneer God ons zorgen en moeilijkheden zendt, zou je je af kunnen vragen, is het dan wellicht Zijn manier van doen om ons immuun voor leed te maken? Alles is God´s manier van doen: wanneer Hij zorgen en moeilijkheden zendt én wanneer Hij vreugde en plezier zendt. Als we in alles de hand van God zouden zien dan zouden we voor beide dankbaar zijn. Sommige mensen raken heel erg onder de indruk van de doctrine van Karma en het is op een bepaalde manier een deugd om alles geduldig te accepteren en het Karma te noemen; maar dat is niet voldoende. We zouden ons moeten realiseren dat geluk ons geboorterecht is. God schept geen genoegen in ons leed, God is niet ingenomen met onze pijn; en derhalve dienen we alles wat in ons vermogen ligt doen om ziekte en andere moeilijkheden te ontvluchten in plaats van geduldig liggen te wachten alsof je onder een rots ligt ´omdat het ons Karma is´.

Aan de andere kant is het goed om in onze eigen gedachten en handelingen op zoek te gaan naar de oorzaak van ons leed. Soms ligt het er niet alleen aan dat onze levensomstandigheden ons leed berokkenen, maar ligt het er ook aan dat wij die omstandigheden toestaan dat ze ons leed berokkenen. Een deel van het leed komt voort uit het leven en een deel vormen we zelf. Ook een deel van vreugde komt voort uit het leven en een deel vormen we zelf. Als je het leven helpt je een beetje vreugde te verschaffen dan zal het dat doen; als je dat het leven niet toestaat dan raakt het hulpeloos. Van de honderd zaken in het dagelijkse leven die we te serieus nemen zouden we er misschien slechts één serieus nemen en beseffen dat de andere negenennegentig er weinig toe doen.

Er dient tot een bepaalde hoogte hechting en illusie te zijn, hoewel zo min mogelijk. Want als er geen hechting en illusie zou zijn dan zou dat zijn alsof het altijd dag zou zijn en nooit nacht. Ook in illusie en hechting bevindt zich een motiverende macht en door die motiverende macht wordt een levensdoel vervuld. En als er geen illusie en hechting zou zijn dan zou de ziel niet in staat zijn het lichaam vast te houden, zelfs niet in geringe mate, omdat ze dit alleen via hechting kan doen. Sommige mensen die soms jarenlang heel erg ziek zijn blijven ziek zonder te sterven; de reden hiervoor is de hechting van de ziel aan het lichaam.

Maar, kunnen we vragen, als de wereld die we zien geen werkelijkheid heeft, als die een illusie is, waarom zien we dan die illusie; wat is de oorzaak van die illusie die ons kwelt? Je gebruikt het woord ´illusie´ op conventionele wijze, maar de ware betekenis ervan wordt niet verwerkelijkt totdat de werkelijkheid van het leven wordt begrepen, totdat het diepste of eeuwige leven wordt verwezenlijkt. Op het moment dat we dit begrijpen lijkt alles een illusie; illusie is iets wat lijkt te bestaan maar toch niet in de een of andere vorm bestaat. De natuur van alle dingen die lijken te bestaan en niet duurzaam zijn is als volgt: hun bestaan is voorbijgaand en tot een bepaalde hoogte is het effect dat door hen op onze ziel is geproduceerd bedwelming. We worden zo gehypnotiseerd door alles wat we zien dan we tijdelijk vergeten dat het niet duurzaam is. Daarom is het de weg van de mysticus om zijn ogen en ook zijn hart te sluiten voor datgene wat niet duurzaam is teneinde een kans te hebben uit te vinden dat er een leven is dat niet voorbijgaand is. Hij beoefent elke soort meditatie en concentratie om zijn mind te bevrijden van deze bedwelming die continu over hem heen komt. De mens besteedt al zijn inspanningen aan het verwerven van deze bedwelming en uiteindelijk is er slechts teleurstelling.

We kunnen niet beweren dat er geen vreugde of pijn is. Door dat te zeggen ondermijnen we ons eigen argument. Je kunt zeggen dat er alleen maar illusie is; maar dit idee in woorden omzetten verzwakt het voor degenen die er niet op dezelfde manier naar kijken. Verwerkelijking is er nodig, geen bewering. Ware deugd wordt geleerd door de studie van de werkelijkheid; dan komt die vanzelf. Wanneer iemand zich bewust wordt van de werkelijkheid dan schijnt voor hem het licht van de werkelijkheid, de lamp van Alladin, het leidende licht.

Er zijn twee manieren om datgene wat je zelf aanzuivert te lokken of aan te trekken. De ene manier is om datgene te lokken wat zich aan de buitenkant van je leven bevindt teneinde je leven compleet te maken, of het nu weelde, macht, positie of iets anders is. Er is echter een andere manier van lokken en dat is het zelf zelf lokken. Door je ware zelf te lokken harmoniseer je vanzelf je spirit en die kan zo geharmoniseerd raken dat je je zowel bij een vriend als bij een vijand harmonie voelt. Als we eenmaal hebben gecommuniceerd met ons zelf, als we eenmaal ons zelf, ons ware zelf, hebben gelokt dan raken we vanzelf in harmonie met pijn en plezier en raken we tevreden met succes en mislukking. Want ondanks alle verschillende ervaringen van ons uiterlijke leven stijgt er in de diepte van ons hart een harmonie, een vrede en een macht op die ons gecentraliseerd houdt. Om te voorkomen dat we nat worden kunnen we de regen niet stoppen; alles wat we kunnen doen is een paraplu te hebben die waterdicht is. Door onszelf op materiële of spirituele wijze te ontwikkelen kunnen we niet de natuurlijke gevolgen van het leven stoppen. Wanneer we ons temidden van de wereld bevinden dan worden we blootgesteld aan alle aangename en onaangename ervaringen die het leven ons biedt. Als er al een manier is om het leven voor onszelf gemakkelijk te maken dan is dat slechts door binnenin onszelf zo te harmoniseren dat we kunnen harmoniseren met alle verschillende omstandigheden en ervaringen van het leven.

Als we klagen komt er geen einde aan onze klachten. Om geen klachten te hebben dienen we niet te klagen. We zouden ons echter bewust te zijn van het feit dat alles wat we ervaren door ons wordt gelokt, wordt aangetrokken en dat alles wat we zullen ervaren ook door ons zal worden gelokt. We dienen dus bij elke stap in ons leven wijs te zijn teneinde onder alle dingen die we wensen die dingen te herkennen die we naar onszelf moeten lokken en welke niet. Het verleden is geweest, het heeft geen zin daarover te rouwen. Je kunt het verleden maar beter vergeten behalve de mooie impressies en de goede herinneringen. We zijn verantwoordelijk voor het heden, want het heden zal onze toekomst zijn. Het is derhalve van essentieel belang om op een zodanige wijze te harmoniseren dat door onze gedachte binnenin onszelf te centraliseren en door ons ware zelf te vinden, de toekomst geharmoniseerd kan raken. Er bestaat een gebed in het Oosten: ´Wij danken U, God, voor alles wat we hebben ervaren; het enige wat we vragen is om ons einde de beste ervaring van allemaal te maken´.