Het leven, een continue strijd (2)

In deze continue strijd van het leven komt degene die tijdens die strijd stevig op zijn benen blijft staan er uiteindelijk als overwinnaar uit. Zelfs met alle macht en begrip faal je als je opgeeft door gebrek aan hoop en moed. Wat leidt tot pech in dit leven, in deze strijd, is een pessimistische houding; en wat de mens helpt om in de strijd van het leven te overwinnen, hoe moeilijk die ook is, is een optimistische houding. Er zijn sommige mensen in deze wereld die met een pessimistische blik naar het leven kijken, denkend dat het slim is de donkere kant van dingen te zien. Tot bepaalde hoogte is het heilzaam om de moeilijke kant ook te zien, maar de psychologische wet is zodanig dat als de spirit eenmaal met de moeilijkheid van de situatie wordt beïndrukt dan hij dan de hoop en de moed verliest. Iemand vroeg mij ooit of ik met een pessimistische houding naar het leven keek of dat ik een optimist was. Ik antwoordde: ´Een optimist met open ogen´. Optimisme is goed zolang de ogen open zijn, maar als de ogen eenmaal zijn gesloten dan kan optimisme gevaarlijk zijn.

In deze strijd is discipline nodig. En die discipline is de beheersing over je fysieke organen en over de vermogens van de mind. Want als je niet bent voorbereid op deze strijd dan kun je niet slagen hoe moedig en optimistisch je ook bent. Iets anders is iets te weten over deze oorlogvoering; te weten wanneer je je moet terugtrekken en wanneer je aan moet vallen. Als je niet weet hoe je je terug moet trekken en altijd wilt aanvallen dan zul je continu in gevaar zijn en een slachtoffer worden van de levensstrijd. Er zijn veel mensen die in de bedwelming van de levensstrijd blijven strijden, blijven vechten; uiteindelijk zullen ze mislukking tegenkomen. Jonge mensen, sterk en hoopvol, die minder moeilijkheden hebben ondervonden kunnen alleen maar denken aan het strijden tegen alles wat hen in de weg staat. Zij weten niet dat het niet altijd wijs is om aan te vallen. Het is noodzakelijk eerst de positie te verstevigen en vervolgens aan te vallen. Hetzelfde kun je in vriendschap, in het zakenleven of in je beroep zien. Iemand die het geheim van de wet van oorlogvoering niet begrijpt kan niet slagen.

Bovendien dien je je zelf aan alle kanten te beschermen. Wat iemand heel vaak doet in de bedwelming van de strijd is maar door en door gaan zonder wat hem toebehoort te beschermen. Hoe veel mensen in de gerechtshoven en in rechtszaken, voor misschien een klein akkefietje, gaan er niet door met het uitgeven van geld! Uiteindelijk is het verlies groter dan de winst. Nogmaals, hoevelen in deze wereld zullen wellicht niet meer verliezen dan dat ze winnen vanwege hun lust of trots! Er zijn tijden waarin je moet toegeven; er zijn tijden waarin je de zaken iets moet ontspannen; en er zijn tijden waarin je de teugels van het leven stevig in handen moet houden. Er zijn momenten waarop je volhardend moet zijn en er zijn momenten waarop je gemakkelijk dient te zijn.

Het leven is zo´n bedwelming dat hoewel iedereen denkt dat hij voor zijn eigen belang werkzaam is er nauwelijks een op de duizenden dat ook werkelijk doet. En de reden is dat mensen zo geabsorbeerd raken in wat ze proberen te krijgen dat ze erdoor bedwelmd raken en ze het spoor bijster raken dat naar waar succes leidt. Heel vaak offeren mensen teneinde een specifiek voordeel te behalen, veel andere voordelen op omdat ze daar niet over nadenken. Wat er te doen staat is om overal om je heen te kijken en niet maar in één richting. Het is gemakkelijk om machtig te zijn, het is gemakkelijk om goed te zijn, maar het is moeilijk om wijs te zijn – en het zijn de wijzen die de ware overwinnaars in het leven zijn. Het succes van degenen die macht bezitten of van degenen die wellicht goedheid bezitten, heeft zijn beperkingen. Je zou versteld staan als je wist hoe veel mensen zelf hun eigen mislukkingen teweegbrengen. Nauwelijks één op de honderd werkt werkelijk voor zijn ware voordeel, hoewel iedereen denkt dat hij dat doet.

De natuur van het leven is illusoir. Onder een gewin is een verlies verborgen; onder een verlies is een gewin verborgen; en het is voor de mens die in dit leven van illusie leeft heel moeilijk om te beseffen wat er werkelijk goed voor hem is. Zelfs voor een wijze persoon wordt veel van zijn wijsheid vereist door het leven en door de strijd ervan. Je kunt niet zachtmoedig genoeg zijn, je kunt niet voldoende vriendelijk zijn; hoe meer je het leven geeft, hoe meer het van je vraagt. Daar is opnieuw een strijd.

Ongetwijfeld winnen de wijze mensen uiteindelijk het meest, hoewel ze veel schijnbare verliezen lijden. Waar een gewoon iemand niet wil toegeven geeft een wijze honderd keer toe. Dit laat zien dat hun succes heel vaak verborgen wordt in schijnbare mislukking. Maar wanneer je het succes van de wijze vergelijkt met dat van gewone mensen dan is het succes van de wijze veel groter.

In deze strijd is er een geschut nodig. En dat geschut is de wilskracht. In deze strijd van het leven zijn er wapens nodig. En deze wapens zijn de gedachten en de handelingen die op psychologische wijze werkzaam zijn in de richting van succes. Iemand zegt bijvoorbeeld elke morgen tegen zichzelf: ´Iedereen is tegen me, niemand houdt er van me, alles is verkeerd, overal is onrechtvaardigheid, alles is voor mij een mislukking, er bestaat geen hoop´. Wanneer hij naar buiten gaat neemt hij die invloed met zich mee. Voordat hij ergens arriveert, bij zijn zaak, bij zijn beroep of wat hij ook maar doet, heeft hij zijn invloed voor zich uit gestuurd en komt hij alle verkeerde dingen en elke mislukking tegen; niets schijnt de moeite waard, er is overal kilte. En er is een ander die weet wat de menselijke natuur is, die weet dat je zelfzucht en onachtzaamheid overal tegenkomt. Maar wat denkt hij over dat alles? Hij denkt dat het als een stel dronken mensen is. Hij denkt dat ze allemaal over elkaar heen vallen, met elkaar vechtend, elkaar beledigend; en natuurlijk zal een nuchter iemand die bedachtzaam is geen last hebben van degenen die dronken zijn. Hij zal ze helpen, maar hij zal het niet serieus nemen wat ze zeggen of doen. In deze wereld van dronkenschap moet iemand die dronken is vanzelf meer vechten dan degene die nuchter is, want de laatste zal de dronkenschap altijd vermijden. Hij zal die tolereren, hij zal zich schikken, hij zal begrijpen; want hij weet dat de anderen dronken zijn en hij kan niet beter van hen verwachten.

Hierenboven kennen de wijzen een geheim en dat geheim is dat de menselijke natuur nabootst. Een trots iemand bijvoorbeeld zal altijd de neiging tot trots in zijn omgeving aanwakkeren; in aanwezigheid van een nederig iemand zal zelfs een trots iemand nederig worden, want de nederige mens wakkert de nederigheid in hem aan. Op grond hiervan kun je zien dat in de levensstrijd je de trotse persoon kunt bevechten met trots, maar ook met nederigheid en er soms baat bij hebben.

Vanuit het gezichtspunt van de wijze is de menselijke natuur kinderlijk. Als je in een menigte staat en er als toeschouwer naar kijkt zul je een boel kinderen zien die aan het spelen zijn. Ze zijn aan het spelen, aan het vechten, ze graaien dingen uit elkaars handen en ze maken geen zorgen over zeer onbenullige zaken. Je vindt hun gedachten klein en onbenullig net als hun zoektocht tijdens hun leven. En de reden voor de levensstrijd is vaak zeer klein wanneer er naar gekeken wordt in het licht van wijsheid. Dit laat zien dat de kennis van het leven niet altijd door het strijden komt. Die komt door er licht op te werpen. Degene die onmiddellijk ongeduldig wordt, die plotseling boos wordt, die geen controle over zijn impulsen heeft, die gemakkelijk hoop en moed opgeeft, is geen strijder. De ware strijder is degene die kan verdragen, die een groot vermogen tot tolerantie heeft, die genoeg diepte in zijn hart heeft om alles te assimileren, van wie de mind ver genoeg reikt om alles te begrijpen, van wie juist het verlangen is om anderen te begrijpen en om hen te helpen om te begrijpen.

Je kunt je afvragen hoe je onderscheid kunt maken tussen de wijsheid van de strijder en zijn gebrek aan moed in de strijd van het leven? Alles wordt onderscheiden door het resultaat ervan. Er is een alombekend gezegde: eind goed, al goed. Als op het einde van de strijd degene die schijnbaar verslagen was werkelijk heeft overwonnen dan was dat zonder twijfel door wijsheid en niet door gebrek aan moed. Heel vaak leidt schijnbare moed uiteindelijk tot niets anders dan teleurstelling. Dapperheid is een ding, maar de kennis van oorlogvoering is iets anders. Degene die dapper is is niet altijd de overwinnaar. Degene die overwint weet en begrijpt; hij kent de wet van het leven.

Wat is gevoeligheid? Gevoeligheid is het leven zelf. Daar het leven zowel goede als slechte kanten heeft, heeft gevoeligheid dat ook. Als je verwacht alle levenservaringen te hebben dan zullen deze via gevoeligheid dienen te komen. Gevoeligheid echter moet in orde worden gehouden als je alles wat mooi is wilt kennen, begrijpen en waarderen en niet alle depressie, zorgen, bedroefdheid en rampspoed van de aarde wilt aantrekken. Als iemand eenmaal zo gevoelig is geworden dat hij door iedereen beledigd wordt, voelt dat iedereen tegen hem is, hem kwaad wil doen dan is hij zijn gevoeligheid aan het misbruiken. Hij dient zowel wijs als gevoelig te zijn. Hij dient zich te realiseren voordat hij gevoelig wordt dat hij zich in deze wereld onder kinderen bevindt, onder dronken mensen. En hij dient alles, waar het ook vandaan komt net zo op te vatten als hij de handelingen van kinderen en dronken mensen opvat; dan kan gevoeligheid tot voordeel strekken.

Als je tegelijk met gevoeligheid niet je wilskracht hebt ontwikkeld dan is dat zeker gevaarlijk. Niemand kan spiritueel ontwikkeld zijn zonder gevoelig te zijn; gevoeligheid is ongetwijfeld een menselijke ontwikkeling. Maar als die niet juist wordt gebruikt dan heeft die grote nadelen. Een gevoelig iemand kan veel eerder dan iemand anders de moed en de hoop verliezen. Een gevoelig iemand kan snel vrienden maken, maar hij kan zijn vrienden ook snel in de steek laten. Een gevoelig iemand is bereid om zich beledigd te voelen en is bereid om alles ter harte te nemen en het leven kan ondraaglijk voor hem worden. Toch is iemand die niet gevoelig is niet helemaal in leven; daarom zou je gevoelig moeten zijn, maar niet overdreven. Het misbruik van gevoeligheid betekent meegaan met elke impressie en elke impuls die je aanvalt. Er dient een balans te zijn tussen gevoeligheid en wilskracht. Wilskracht zou je in staat moeten stellen om alle invloeden, alle omstandigheden, alle aanvallen die je van ´s morgens vroeg tot ´s avonds laat tegenkomt, te verdragen. En gevoeligheid zou je in staat moeten stellen om het leven te voelen, om het te waarderen en om in de schoonheid van het leven te leven. Het is waar dat je jezelf door de ontwikkeling van wilskracht verkeerd overreedt; dat gevaar is er; maar er is in alles gevaar. Er is zelfs gevaar in gezond zijn; dat betekent echter niet dat je ziek moet zijn. Je dient balans te verwerven tussen macht en wijsheid.

Als macht werkzaam is zonder het licht van wijsheid erachter dan zal die altijd falen omdat macht uiteindelijk blind blijkt te zijn. Wat is het nut van een wijs iemand die geen daadkracht, geen denkkracht heeft? Dit toont aan dat wijsheid de richting aanwijst, maar dat je door macht volbrengt; dat is waarom beide nodig zijn voor de strijd van het leven.

Het is in het leven zeer raadzaam om gevoelig genoeg te zijn om het leven en de schoonheid ervan te voelen en het te waarderen, maar om tegelijkertijd te overwegen dat je ziel goddelijk is en dat al het andere er vreemd aan is; dat alles wat de aarde toebehoort vreemd is aan je ziel. Zij zouden de ziel niet moeten aanraken. Wanneer objecten in het zicht komen komen ze in het zicht van de ogen; wanneer ze weg zijn zijn de ogen helder. Daarom zou je mind slechts schoonheid, alles wat mooi is, moeten vasthouden. Want je kunt naar God zoeken in Zijn schoonheid; al het andere moet vergeten worden. Door dit elke dag te praktiseren, door alles wat onaangenaam of lelijk is te vergeten en door je alleen maar alles wat mooi is en wat geluk schenkt te herinneren zul je al het geluk dat er opgeslagen ligt naar jezelf toe trekken.