De kunst van de persoonlijkheid

Sommige mensen geloven dat kunst onderdoet voor de natuur. Maar dat is niet zo. Kunst completeert de natuur; en kunst bevindt zich iets goddelijks, want het is God Zelf die via de mens de schoonheid van de natuur completeert en dit wordt kunst genoemd. Met andere woorden: kunst is niet alleen een nabootsing van de natuur, kunst, of het nu schilderen, tekenen, dichtkunst of muziek is, is een verbetering ten opzichte van de natuur. Maar de beste kunstvorm van allemaal is de kunst van de persoonlijkheid. Dit dient geleerd te worden opdat die in elk beroep gebruikt wordt. Niet iedereen hoeft een musicus, een schilder of een architect te worden. Maar het is wel voor iedereen noodzakelijk om de kunst van de persoonlijkheid te leren. Op een dag kwam er iemand naar me toe en zei vol trots en tevredenheid: ´Ik ben door mijn ouders als een plant in het woud, heel natuurlijk groeiend, opgevoed´. Ik gaf als antwoord: ´Dat is jammer. Als je ouders hadden gewild dat jij op een natuurlijke wijze op zou groeien dan zouden ze je in het woud hebben moeten laten. Het is jammer dat je je temidden van de wereld bevindt. De wereld wordt gemaakt door kunst; teneinde in de wereld te zijn moet je de kunst van de persoonlijkheid kennen´.

Maar een paar mensen onder ons maken onderscheid tussen individualiteit en persoonlijkheid. Individualiteit is datgene wat we bij onze geboorte met ons mee hebben gebracht; we worden als een afgescheiden entiteit geboren. Dat op zich maakt ons tot individu. Individualiteit is het bewustzijn van de ziel van haar één-zijn, ondanks haar verschillende eigendommen waarmee ze zichzelf nog steeds identificeert; en die individualiteit kun je zien in het kind dat zegt: ´Nee, ik wil dit speeltje niet, ik wil dat andere speeltje´. Zodra de ziel ´ik´ zegt wordt ze zich bewust van een individualiteit ondanks dat ze verschillende organen in het lichaam heeft en verschillende gedachten die deze organen sturen. Dan is er de neiging om alle verschillende delen aan jezelf toe te schrijven terwijl je je realiseert dat je één bent ondanks dat je veel bent, of met andere woorden: ondanks dat je uit verschillende aspecten bent samengesteld.

Persoonlijkheid is een verbetering ten opzichte van individualiteit. In het worden van een persoon ontwikkelt de schoonheid die in een individu is verborgen zich en persoonlijkheid is de ontwikkeling van de individualiteit. Individualiteit is de natuur, terwijl daarentegen de persoonlijkheid kunst is; dat is iets wat wordt verworven of gewonnen. Die is niet met ons meegekomen.

Daarom moesten in vroeger tijden mensen de kunst van de persoonlijkheid leren en beoefenen als onderdeel van hun educatie. Dat was de cultuur van vroeger. Tegenwoordig moet iemand examens doen en zolang hij een diploma heeft denkt hij dat hij veilig is, denkt hij dat hij de wereld in kan gaan en zich zal redden. Maar zo´n uiterlijke kwalificatie is niet genoeg. Het is de innerlijke kwalificatie, de innerlijke cultuur die er toe doet en die alleen door de ontwikkeling van de persoonlijkheid verworven kan worden.

Hoe maak je gebruik van persoonlijkheid? In de zakenwereld slaagt de koopman in overeenstemming met de macht van zijn magnetisme; zijn invloed hangt helemaal af van zijn persoonlijkheid. Zijn persoonlijkheid trekt aan of hij nu naar een winkel of naar een andere zaak toe gaat; zijn persoonlijkheid valt in het oog en geeft iemand het idee om van hem te kopen, aan hem te verkopen of zaken met hem te doen; en het gebrek hieraan zorgt ervoor dat iemand weggaat en nooit meer terugkomt. Een staatsman, een politicus, een leraar, een advocaat hebben allemaal persoonlijkheid nodig. Een arts kan nog zo´n grote arts zijn, kan hoog gekwalificeerd zijn en toch, als zijn persoonlijkheid niet aangenaam is, als hij grof of onsympathiek is, hoe veel patienten hij ook heeft, zullen zijn medicijnen hen zich slecht laten voelen en zal zijn persoonlijkheid hen zich slechter laten voelen. En heel vaak kan een dokter met een sympathieke persoonlijkheid, met goede manieren en met wijsheid, een patient genezen door een woord van troost voordat hij hem enig medicijn heeft gegeven. Dat is net zo met een advocaat. Hij kan met een bezoek de klant ontmoedigen; en wanneer iemand de moed en de hoop heeft verloren dan is er natuurlijk weinig kans om succesvol te zijn. Macht van de mind is er nodig en als die sterk is dan kan de advocaat slagen. In elk beroep is persoonlijkheid hetgeen er toe doet. Degene van wie de persoonlijkheid tegen hem is, die heeft ook de wereld tegen zich.

Er zijn vier categorieën van persoonlijkheid. De eerste persoonlijkheid wordt vergeleken met een dadel, de volgende is als een walnoot, de derde als een granaatappel en de vierde als een druif.

De persoonlijkheid die op een dadel lijkt is van buiten zacht en van binnen hard. Zodra iemand een dadel in zijn mond stopt en de pit ervan tussen de tanden voelt dan gruwt hij ervan. Vervolgens is er een persoonlijkheid die op een walnoot lijkt. De dop is hard, moeilijk te kraken, maar wanneer je die persoon beter leert kennen dan is dat als het kraken van de dop en een noot ontdekken die zacht is. Op de derde plaats is er de persoonlijkheid die op een granaatappel lijkt. Die is hard aan de buitenkant en hard aan de binnenkant. De granaatappel is hard, de huid is hard en het zaad binnenin is ook hard. Op de laatste plaats is er de persoonlijkheid die op een druif lijkt en die aan de buitenkant en aan de binnenkant zacht is. Je zult altijd deze vier klassen van personen aantreffen.

Degene van wie de persoonlijkheid aan de buitenkant zacht is en aan de binnenkant hard zal onmiddellijk mensen aantrekken; maar ze zullen niet bij hem blijven. Zij zullen een tijdje blijven en hem dan verlaten. Dan kennen ze hem en keren zij zich van hem af.

De persoonlijkheid die hard aan de buitenkant is en zacht aan de binnenkant stoot in eerste instantie af, maar uiteindelijk zul je zijn vriend worden. Daarom maakt hij niet zo veel vrienden; je kunt deze mens slechts begrijpen als je zijn innerlijke wezen bereikt. En de persoonlijkheid die hard aan de buitenkant is en hard aan de binnenkant is geïsoleerd in de wereld. Dit is geen plaats voor hem. Iedereen wil uit zijn buurt blijven en na een tijdje zal hij zich dan in de problemen vinden. Degene echter van wie de persoonlijkheid zacht aan de buitenkant is en zacht aan de binnenkant zal vanzelf het meest magetisch zijn. De druif is een zeer attractieve vrucht.

In elke fase in de evolutie van de mens is er een ander soort magnetisme. Er zijn vier verschillende facetten aan magnetisme: fysiek magnetisme, intellectueel magnetisme, sympathisch magnetisme, wat soms persoonlijk magnetisme wordt genoemd en spiritueel magnetisme.

Opgewektheid, zuiverheid, goede gezondheid, hygiëne, harmonische bewegingen, regelmatige vorm helpen allemaal het fysieke magnetisme. Iedereen die liefhebbend, hartelijk, vriendelijk, zachtmoedig is en die een sympathische aard heeft ontwikkeld zal altijd aantrekkingskracht hebben zonder het te weten; want sympathie heeft de grootste macht en dit magnetisme is duurzaam. In welke relatie je ook tot iemand staat, als er geen band van sympathie is dan is er geen aantrekkingskracht.

Door een gebrek aan ontwikkeling van de sympathische aard wordt er in de mind en in het lichaam een blokkade voortgebracht. Er zijn in het fysieke lichaam sommige zenuwcentra die gewekt worden door de ontwikkeling van sympathie; anders worden ze gesloten. Om deze reden zal een slager zelden intuïtief zijn, daar alles wat een mens weghoudt van sympathie berooft hem van intuïtie. Sympathie ontwikkelt leven in de verfijndere centra en de afwezigheid van die sympathie neemt dat leven weg. Zo is het ook met de mind; wanneer het hart niet sympathiek is dan ontbreekt er iets aan de mentaliteit van de mens. Heel vaak kan iemand hoog gekwalificeerd, erg intellectueel zijn en imposant in zijn verschijning en toch zal hij zonder gevoel magnetisme missen en in veel gevallen vanwege zijn gebrek aan sympathie geen succes hebben.

De vierde soort magnetisme is spiritueel magnetisme. Dit kan herkend worden in de onschuld van iemand, in zijn zuiverheid, in zijn eenvoud. Een spiritueel iemand wordt beschouwd als zeer ontwikkeld, maar in zijn verschijning kan de spirituele persoon zeer eenvoudig zijn, de meest onschuldige. Hij is niet onwetend maar minder gecompliceerd, ruimer in zijn levensvisie, scherpzinniger in perceptie, met verheven idealen, met een hoog bewustzijn; en toch nederig en democratisch in de ware betekenis van het woord.

Het idee van democratie wordt door velen tegenwoordig verkeerd begrepen. Het principe dat ´ik net zo goed ben als jij´ is een verkeerd principe van democratie. Het neemt nederigheid, zachtmoedigheid en het hoge ideaal weg. Hoe kinderlijk is het bovendien om te denken dat kamfer en bot, kalk en suiker hetzelfde zijn! Het lijkt een erg vriendelijk idee dat iedereen gelijk is; maar wanneer je de piano met alle noten op dezelfde toonhoogte afstemt dan is er geen muziek meer. Deze verkeerde opvatting van democratie is net als het afstemmen van de hele piano op dezelfde noot; dan wordt de muziek van de ziel saai. Dat is meer een obsessie met democratie dan democratie zelf. Ware democratie is jezelf hoger op te tillen door het ideaal dat je ontmoet op waarde te schatten. Op deze manier stijg je op naar een hoger ideaal; veel mensen schatten een hoog ideaal echter niet op waarde. Democratie betekent gelijk zijn op een hoger plan in plaats van onwetend te zijn. Een hoog iemand naar de aarde te trekken en vervolgens over democratie te spreken is verkeerde democratie; dat is de spirit van de revolutionairen, van mensen die zijn geobsedeerd door een specifiek idee, zonder ergens anders acht op te slaan, zoals op veel plaatsen is gezien. Toen er bijvoorbeeld een opstand kwam tegen de Katholieke Kerk, wat gebeurde er toen? De opstand was niet alleen gericht tegen de Kerk, maar ook gericht tegen de idealen van de Kerk. Elk goed aspect werd niet in ogenschouw genomen. Het was niet alleen een opstand tegen datgene wat niet wenselijk was, maar ook tegen alles wat ermee verbonden was. Vanaf die tijd lijkt het gevoel voor en de diepte van de religie die in het Westen bestond te zijn afgenomen en ze lijken elke dag nog verder af te nemen. Ondanks de vele kerken is er minder idealisme. Het ideaal dat in de een of andere vorm voor de ziel nodig is is verdronken. Het wordt verdronken omdat mensen in opstand zijn gekomen tegen iets ongeacht wat er goed in is.

Als iemand geen acht slaat op het Gods-ideaal dan is het zijn neiging om geen acht te slaan op alles wat ermee verbonden is. Zo is de kunst van de persoonlijkheid verloren gegaan in de obsessie met democratie in plaats van verwerkelijkt te worden als een hogere spirituele ontwikkeling. Alleen de spirituele levensvisie geeft de mens een waar democratisch gevoel; dat betekent dat voor zo iemand ieder ander, of hij nu zijn vijand of zijn grote vriend is, zijn ouder, zijn broeder is. De spirituele mens zich ieder ander als zichzelf. Hij ziet zijn eigen spirit, zijn eigen ziel gereflecteerd in de ander; dat is ware democratie, wanneer je jezelf zowel in een hogere als in een lagere persoon ziet. Dat is het hoogste ideaal van spirituele bereiking en dat is wat de mens werkelijk democratisch maakt.

Je bereikt zo´n ideaal alleen maar door graden. De eerste graad is zachtmoedigheid. Daarom werd in de Engelse taal het woord ´gentleman´ gebruikt. Waarom zachtmoedig? Omdat hij de eerste stap in de richting van de kunst van de persoonlijkheid had gezet. Iemand hoeft niet rijk te zijn of een goede positie of hoge rang te hebben; dat maakt hem niet noodzakerlijkerwijs zachtmoedig. Je kunt toch niet zachtmoedig zijn ook al heb je een hoge positie of rang. Wanneer iemand eenmaal bedachtzaam is geworden dan is zijn eerste stap zachtmoedig worden; zodra bedachtzaamheid in hem wordt ontwikkeld dan zet hij de eerste stap in de richting van de ware evolutie. Zachtmoedigheid is de grootste macht van allemaal. Zachtmoedigheid is de macht van water: water is zuiverend en als er zich een rots bevindt in het pad van de stroom van het water dan zal het om de rots heen gaan; het zal die niet breken, want water is plooibaar en zo is ook degene die zachtmoedig is. Zachtmoedigheid zal op den duur altijd alles zuiveren.

We zouden ons voor kunnen stellen dat iedereen probeert om bedachtzaam te zijn. En toch ontdekken we als we twee zaken in ons dagelijkse leven beschouwen – wanneer er stilte nodig is en wanneer spreken – dat we duizend fouten maken. We praten vaak meer dan nodig is; of we schenken ons vertrouwen aan iemand aan wie we het beter niet hadden kunnen schenken of we hebben met iemand gesproken met wie we dat beter niet hadden kunnen doen. Maar het is te laat als we er achteraf aan denken. Soms kan iemand in een stemming van haast of tegenstand of in een verwarde toestand zonder opzet iets kwetsends zeggen. Hij zegt het en heeft er vervolgens spijt over. Door te spreken heeft hij niets gewonnen, behalve dan dat het een tijdverdrijf is geweest, het een verlangen om iets te zeggen heeft gelenigd. Achteraf heeft het echter toch een resultaat. Het hart van de mens is zo delicaat; het is net als een fragiel glas en als het eenmaal wordt gebroken dan is het moeilijk te herstellen. Elke pijn en kwetsing ooit gegeven wordt nooit echt hersteld. Je kunt je verontschuldigen en vergiffenis vragen; maar wat is gedaan, is gedaan; wat is gezegd, is gezegd. Het woord gaat niet verloren. Elk woord dat we spreken blijft ergens; in het hart van degene die luistert, in de ruimte of op de grond, het blijft en heeft het een of andere resultaat. Daarenboven ontwikkel je door te leren om bedachtzaam te zijn waardigheid in je aard. Hoe meer je aan anderen denkt hoe waardiger je wordt, omdat waardigheid voortkomt uit bedachtzaamheid.

Heel vaak maakt iemand er een gewoonte van om veel te praten. Hij verkwist zijn eigen tijd, zijn eigen gedachte en de gedachte en de tijd van de ander; en heel vaak eindigt het in verwarring. Je brengt niets tot stand door nutteloze onenigheden. Het is amusant om op te merken dat iemand heel vaak ruzie maakt omdat hij gebrek aan kennis heeft. Hij gaat door met ruziemaken omdat hij het niet weet, hij wil van de ander ontdekken wat hij erover weet. Hoe kun je bovendien datgene wat je slechts door je eigen wijsheid, door de intuïtie van binnenuit kunt begrijpen, begrijpen door te discussiëren of ruzie te maken? Het is vaak zonde van de tijd.

Sommigen hebben een ware passie om te praten; voor hen is het amusement, een tijdverdrijf. Maar uiteindelijk vermoeien zij zichzelf en worden ze zenuwachtig en wordt er niets gewonnen. Stilte lijkt soms moeilijk vol te houden, maar heeft zeker grote voordelen, omdat onenigheid en disharmonie er vaak door kunnen worden vermeden. Stilte is zowel voor de wijze als voor de dwaas goed. Het is voor de wijze goed omdat ze onnodige praat vermijdt; hij kan zijn waardevolle gedachte goed gekoesterd binnen in zichzelf bewaren, en zo kweekt hij de goede gedachte die als een plant is op. En de dwaas bedekt zijn stupiditeit zolang hij zwijgt en dat is maar beter zo. Stilte tilt de waardigheid van de wijze op en verbergt de stupiditeit van de dwaas. Bovendien zul je naarmate je meer evolueert de verschillende graden van mensen ontdekken, net zoals de verschillende sleutels van de piano. De een is lager, de ander hoger; iedereen heeft een andere graad van evolutie. Hoe hoger je je ontwikkelt hoe meer je ook zult ontdekken dat je niet iedereen voort kan jagen met dezelfde zweep. Je moet tegen iedereen anders praten, in feite in zijn eigen taal. Als je een taal spreekt die hij niet begrijpt dan zal dat nonsens voor hem zijn. Als hij minder ontwikkeld is zal hij je misbruiken om wat je hebt gezegd. Als hij hoger is ontwikkeld en je zegt iets wat zijn mate van evolutie niet bereikt dan zal dat jou klein maken in zijn ogen. Wat is er de zin van? Bovendien zul je altijd ontdekken dat disharmonie onnodig door woorden wordt veroorzaakt. Aan de andere kant, hoe disharmonieus de sfeer ook is geschapen door anderen, als je woorden van wijsheid hebt dan los je de wolken van disharmonie op.

Toen ik aan het reizen was, ontmoette ik een man met een ondoordringbare evolutie, een soldaat die altijd in militaire leefomgevingen had geleefd en die zelf zeer vaststaande ideeën had. En toen we samen aan het praten waren en het er alle schijn van had dat we over iets op een andere manier dachten, zei ik toevallig om de harmonie te bewaren: ´Nou, we zijn broeders!´ Hij keek me zeer boos aan en zei: ´Broeders! Hoe durf je zoiets te zeggen´. Ik zei: ´Ik was het vergeten. Ik ben je dienaar, Heer!´ Hij was zeer vergenoegd. Ik had ruzie kunnen maken, maar dat zou zonder enige reden disharmonie teweeg hebben gebracht. De dwaasheid van die man werd net als vuur aangewakkerd; ik gooide er water op en doofde het. Ik maakte mezelf niet minder; we zijn allemaal dienaren van elkaar; en het vergenoegde hem en stelde hem tevreden.

Er is een verhaal over een wijze healer. Een vrouw ging naar hem toe en vroeg: ´Kunt u me vertellen wat te doen? Ik heb het moeilijk met mijn echtgenoot. Er is elke dag ruzie thuis´. Hij zei: ´Dat is zeer eenvoudig´. Zij zei: ´Ik zou u zeer dankbaar zijn´. Hij zei: ´Ik zal u deze dropjes geven, deze snoepjes. U houdt die in uw mond wanneer uw echtgenoot thuiskomt en alles zal goed komen. Het zijn gemagnetiseerde snoepjes´. En ze ontdekte dat er geen ruzie meer thuis was. Na tien dagen, toen de snoepjes op waren, ging ze terug naar de healer en zei: ´Ik zou er alles voor over hebben als u me meer van die snoepjes zou willen geven. Ze zijn geweldig´. Toen zei de leraar: ´Mijn vriendin, u dient te begrijpen na tien dagen deze snoepjes te hebben gegeten, dat uw echtgenoot, nadat hij de hele dag hard heeft gewerkt, zenuwachtig, moe en uitgeput is als hij thuis komt. Natuurlijk is hij niet afgestemd; en u maakt dat voor hem slechter door te praten. Door stil te zijn gaf u hem niets om over te ruzieën en werd uw huis harmonieuzer. Dit moet u een les leren: dat stilte de sleutel tot harmonie is´.