In dit boekdeel, het tweede van De Soefi-Boodschap van Hazrat Inayat Khan, is er een poging gedaan om het meeste van het onderricht van de Soefi-mysticus betreffende geluid en muziek bij elkaar te zetten – geluid als de basis van de creatie en muziek als een essentieel middel richting spirituele ontwikkeling.
Inayat Khan die een zeer beroemde musicus was voordat hij zijn kunst opgaf om zich helemaal toe te leggen op de Soefi-Boodschap die hem was toevertrouwd, volgde graag de praktijk van de Soefi´s uit de oudheid om esoterische waarheden in termen van geluid en muziek uit te drukken. Hij beschreef dit ooit als volgt:
´Ik heb mijn muziek opgegeven omdat ik er alles van heb ontvangen wat er van te ontvangen valt. Om God te dienen dien je hetgeen wat je het dierbaarste is op te offeren; en dus offerde ik mijn muziek op. Ik had liederen gecomponeerd; ik heb gezongen en de vina bespeeld; en terwijl ik deze muziek uitoefende kwam ik in een fase waarin ik de Muziek van de Sferen heb aangeraakt. Toen werd elke ziel voor mij een muzikale noot en werd het gehele leven muziek. Daardoor geïnspireerd sprak ik tot mensen en degenen die door mijn woorden werden aangetrokken luisterden daarnaar in plaats van naar mijn liederen. Nu, als ik al iets doe, dan is dat het afstemmen van zielen in plaats van instrumenten; om mensen in harmonie te brengen in plaats van noten. Als er al iets in mijn filosofie zit dan is het de wet van harmonie: dat je jezelf in harmonie dient te plaatsen met jezelf en met anderen. Ik heb in elk woord een bepaalde muzikale waarde gevonden, een melodie in elke gedachte, harmonie in elk gevoel; en ik heb geprobeerd hetzelfde in heldere en eenvoudige woorden te interpreteren voor degenen die vroeger naar mijn muziek luisterden. Ik heb de vina bespeeld totdat mijn hart was veranderd in precies dat instrument; vervolgens heb ik dit instrument geofferd aan de goddelijke Musicus, de enige musicus die er bestaat. Vanaf toen ben ik Zijn fluit geworden; en wanneer Hij het verkiest dan speelt Hij Zijn muziek. De mensen eren mij voor deze muziek, die in werkelijkheid mij niet toekomt maar de Musicus die op Zijn eigen instrument speelt´.
Van de vier delen die dit boekdeel bevat werd De mystiek van geluid voor het eerst gepubliceerd in 1923 en Kosmische Taal in 1937. Zij bevatten lezingen die door Hazrat Inayat Khan aan zijn leerlingen werden gegeven. Muziek is de titel van de tot nu toe ongepubliceerde serie lezingen van 1921, waaraan enkele andere papers over hetzelfde onderwerp zijn toegevoegd. Onder de kop De macht van het woord zijn verscheidene openbare lezingen die die titel dragen gegroepeerd samen met twee andere belangrijke lezingen: ´Het woord dat werd Verloren´ en ´Kosmische Taal´, waarvan de eerste in het kwartaalblad Sufism van september 1923 werd gepubliceerd.