Degene die nog nooit een ideaal heeft gehad mag hopen dat hij er ooit een vindt; hij is er beter aan toe dan degene die de omstandigheden van het leven toestaat zijn ideaal te breken. Onder je ideaal vallen is als het verliezen van de richting in je leven; dan ontstaat er verwarring in je mind en wordt het licht dat je hoog zou moeten houden bedekt en verduisterd zodat het niet kan uitstralen om je pad te verlichten.
De val van Napoleon kan gedateerd worden vanaf de dag dat hij Josephine verliet. Met het breken van het ideaal begeeft het gehele leven het en lost het op. Zodra iemand begint te denken: ´Ik heb bij het verkeerd gedaan bij die of die persoon, ik heb het verkeerd gedaan bij dat of dat principe´, dan houdt hij op om van binnen een koning te zijn en kan hij van buiten geen koning zijn. Dit betekent niet dat de goeden in het leven slagen en dat de slechten falen, maar dit betekent veeleer dat de mens alleen maar vooruitgaat door oprechtheid in zijn idealen. Want het goede van een ieder is inderdaad bijzonder voor hem.
Religie is de school die de mens heeft ontwikkeld; en de idealen die die religie aanbiedt vormen een pad dat naar perfectie leidt, dat aangeboren en hunkerende verlangen van elke ziel. De moeilijkheid dient zich aan als de mens zijn pricipes als zijn doel ziet, en niet simpelweg als een middel tot dat doel; want wanneer hij zijn eigen principes begint te aanbidden wordt hij simpelweg een afgodendienaar en vernietigt hij de essentie en het leven van zijn ideaal.
Kan iemand een dag in de geschiedenis aanwijzen waarop de mens voor het eerst wijsheid verwierf? Wijsheid is de eigenschap van de mensheid. De expressies van deze wijsheid verschillen op verschillende tijden om bij verschillende volkeren te passen; en deze verschillen zijn altijd opgemerkt in plaats van de overeenkomsten.
Schilder of werkman, filosoof of wetenschapper, waar ook ter wereld, komt door middel van zijn individuele pad uit bij dezelfde kennis van de wetten van de natuur en leert op die manier die fundamentele wetten van ethiek die noch van land tot land noch van tijdperk tot tijdperk verschillen, noch elkaar tegenspreken.
En de wijzen van alle tijden hebben onderricht dat dat de kennis is van het goddelijke Wezen dat leven is en de enige waarheid. Ofschoon een menselijke activiteit een aantal gecompliceerde motieven kan hebben, waarvan er sommige verachtelijk en grof zijn, is de aspiratie richting goddelijkheid, het verlangen naar schoonheid, haar ziel, haar leven, haar werkelijkheid. En in verhouding tot de mate van kracht of zwakte van zijn aspiratie richting schoonheid is het ideaal van een mens groot of klein en zijn religie groot of klein.
Er bestaat een affiniteit tussen het negatieve en het positieve waardoor de een zich voelt aangetrokken tot de ander en tot vereniging die resulteert in een nieuwe opvatting van schoonheid. De mythologie uit de oudheid heeft dit mooi uitgedrukt in de figuur van Cupido, van wie de vleugels tonen dat hij een spirit is en die komend in de vermomming van een kind de kindertijd vertegenwoordigt. Cupido, de spirit van affiniteit, brengt twee tegengestelde sexen bij elkaar met als doel een geboorte van schoonheid. En zo gebeurt het dat de menselijke soort sterk wordt aangetrokken tot zijn tegengestelde; en wanneer de expressieve en responsieve neigingen door middel van liefde en passie ontwaken wordt er een derde wezen gecreëerd en vindt een straal zijn verblijfplaats in de baarmoeder van de moeder.
En zo ziet men dat de spirit de sexen in zijn bezit heeft met als doel hen samen te brengen voor zijn eigen doel van manifestatie. Derhalve hebben veel religies en filosofieën de relatie tussen de sexen als de heiligste beschouwd omdat de spirit zich op die wijze zelf manifesteert. En om dezelfde reden kan de relatie tussen de sexen het zondigst worden als dit doel van de spirit uit het oog wordt verloren. Want dit doel van de spirit niet respecteren is een minachting van de wet van het gehele mechanisme, wat onvermijdelijk de structuur naar zijn vernietiging trekt.
Er is op aarde niets dat waardevoller is dan het zaad van de man, de bron van verdere manifestatie; en door het verlies ervan wordt elke deur van geluk in het leven gesloten. De mens is echter zo voorzichtig met zijn geld, bezit en juwelen en verlangt er zo oprecht naar die te vermeerderen, dat hij daar alles aan opoffert; en hij wordt achteloos ten opzichte van zijn juweel van leven dat zijn eigen leven, karakter en persoonlijkheid is en dat waardevoller is dan welk bezitg dan ook.
Nogmaals, elke religie verbiedt het huwelijk tussen bloedverwanten, ofschoon de regels wat verschillen; zoals een huwelijk tussen een oom en een nicht in het Westen soms wordt toegestaan, een verbinding die in het Oosten over het algemeen als onwettig wordt gezien net als in sommige andere Westerse religies. Bepaalde moderne sociale revolutionairen bevragen nu echter de wetten die bloedverwantschap een hinderpaal voor een huwelijk maken. Deze wetten zijn niettemin geworteld in de waarheid; want waar er geen expansie is, is geen vooruitgang.
Expansie is om fysieke redenen noodzakelijk. Tussen bloedverwanten zijn de negatieve en positieve krachten niet tegengesteld genoeg; en wanneer de batterij die afhangt van de kracht en het contrast tussen deze krachten zwakker wordt, wordt zijn afgifte van energie navenant ook zwakker; of anders is er geen afgifte van energie. Vooruitgang eist op morele wijze ook expansie. Is niet de gehele schepping geleidelijk aan opgebouwd door expansie?
De kracht van de Westerse naties is voor een groot deel te danken aan de onderlinge vermenging van talloze stammen en rassen. Zelfs nu is zich onder onze ogen een jonge en veelbelovende natie van buitengewone vitaliteit aan het ontwikkelen in de Verenigde Staten van Amerika, gevormd uit de vele elementen van alle Europese naties. Er zijn zeker nadelen in interraciale en internationale huwelijken; maar deze zijn klein in vergelijking met de voordelen.
Trots op geboorte en rang en ook op gemeenschap en religie hebben de mensheid altijd tegengehouden door het vormen van hindernissen die natuurlijke expansie voorkomen. De Westerse aristocraten hebben daardoor onnoemelijk geleden; maar dit is het scherpst te zien in de geschiedenis van het Oosten, waar de Hindoe-kastes hun ras naar de vernieling hebben gebracht door zich te beperken tot hun eigen kring.
De Oosterse gewoonte van het kind-huwelijk is een product van familietrots, omdat elke familie heeft gewild dat de vrouw van hun zoon opgevoed zou worden in de tradities van hun eigen famillie. De conservatieve ideëen van de Parsi´s, die uiterst besloten gemeenschap, hebben door generatielang handelen aanzienlijke fysieke veranderingen in hun volk voortgebracht, onder wie, om een punt als voorbeeld te geven, slechts een klein percentage normaal kan zien.
Het nationale idee dat menselijke wezens verenigt in een verlangen om bepaalde sociale wetten en bepaalde idealen van beschaving in stand te houden, is noodzakelijk voor het menselijke leven; maar deze idealen tot hindernissen maken die de mensheid verdelen in onderscheiden secties moet de vooruitgang van de mensheid als een geheel effectief verhinderen; en deze vooruitgang is het basisidee van religie.
Naties proberen als naties vooruit te gaan, en rassen als rassen; en elk ras en elke natie is bereid de vooruitgang van elk ander te verhinderen. Het patriottisme van elk ras is door oorlogen en allerlei conflicten zo individueel en onderscheiden geworden dat een interraciaal huwelijk betekent dat de ene of de andere partij van de partijen die het contract aangaan afstand dient te doen van zijn of haar patriottisme; een afstand die soms bijna een dood is.
Het zijn de jongeren die meestal tot een interraciaal huwelijk worden aangetrokken, de jongeren, edelmoedig en idealistisch. Maar het komt niet vaak voor dat zij hun overeenkomende sociale klasse ontmoeten; het komt niet vaak voor dat aristocratische of opgeleide vreemdelingen de aristocratische of opgeleide inwoners van een of andere natie ontmoeten; en toch is het waar dat er een grote overeenkomst is tussen de overeenkomende sociale en intellectuele klassen van alle beschavingen.
Mensen trouwen om verschillende redenen: sommigen omdat het de gewoonte is, sommigen omwille van het huiselijke leven, omdat de mens een afhankelijk wezen is en een partner wenst in het wel en wee van het leven, of omdat het huwelijk van belang is in de sociale wereld; want een huis waar een koppel woont is over het algemeen een thuis. Weer anderen worden verleid door rang, geboorte, positie en weelde; en dezen huwen het verlangde en niet het menselijk wezen. Anderen hebben de wens om kinderen na te laten zodat hun naam niet van de aardbodem zal verdwijnen, of zodat de bezittingen die ze hebben verzameld niet in de handen van vreemdelingen zullen vallen; en een paar anderen huwen uit liefde.
Er bestaat een neiging in de man of de vrouw om zijn of haar partner als eigendom te zien; en de sterkste van de twee zal die vaak proberen door het recht van het huwelijk zelf en is de reden vergeten waarvoor hij of zij het contract van het huwelijk is aangegaan. Deze neiging tot eigendom maakt veel huwelijken tot een gevangenschap.
Zafar heeft geschreven: ´O Zafar, je kunt degene, ofschoon hij er in menselijke vorm is, geen mens noemen die zonder erbij na te denken boos is of zonder raad gepassioneerd is´. Het menselijk wezen wordt verondersteld te rade te gaan bij zijn eigen principes van bescheidenheid, van ridderlijkheid en van schaamte en om hierin te verschillen van de dieren; en die expressie van zijn sexuele passie die geen respect toont voor deze principes kunnen overspel genoemd worden. Overspel is in feite datgene wat, in de ban van de passie en in de hitte van het moment verricht, achteraf berouw, schaamte en wroeging over de gevolgen brengt. Een dronkaard doet in zijn bedwelming wat hij nooit zou doen als hij nuchter geweest zou zijn; en daarom zijn er wetten vervaardigd om dronken gekte en mafheid onder controle te brengen.
Het kwade weerstaan echter betekent over het algemeen het deelnemen aan en schuldig zijn aan hetzelfde kwaad. Er wordt een verhaal verteld over Mohammed, dat een man die hem altijd kwaad deed en zich gedroeg als een bitter en verraderlijke vijand hem kwam bezoeken; en zijn discipelen, die hoopten op wraak, waren teleurgesteld en verontwaardigd toen ze merkten dat Mohammed zijn verwerpelijke vijand met hoffelijkheid, zelfs eerbied, behandelde en zijn verzoek inwilligde. ´Zag je het grijze in zijn baard niet?´, vroeg Mohammed toen de man was vertrokken. ´De man is oud en zijn leeftijd vroeg op zijn minst om mijn beleefdheid´. Het is vergiffenis en toegeeflijkheid die een erkenning zijn van de vrijheid en waardigheid van het menselijk wezen, die alle lelijkheid verteren en alle onwaardigheid verbranden en daar alleen schoonheid achterlaten.