Abstract geluid wordt door Soefis Saut-e Sarmad; de gehele ruimte wordt ermee gevuld. De vibraties van dit geluid zijn te verfijnd om hoorbaar of zichtbaar te zijn voor de materiële oren en ogen, daar het voor de ogen zelfs moeilijk is om de vorm en kleur van de etherische vibraties op het uiterlijke plan te zien. Het was de Saut-e Sarmad, het geluid van het abstracte plan, dat Mohammed hoorde in de grot van Ghar-e Hirá toen hij verdwaald raakte in zijn goddelijke ideaal. De Koran verwijst naar dit geluid met de woorden: ´Wees! en alles werd´. Mozes hoorde precies ditzelfde geluid op de Berg Sinaï, toen hij in vereniging met God was; en hetzelfde woord werd hoorbaar voor Christus toen hij helemaal was opgegaan in zijn Hemelse Vader in de wildernis. Shiva hoorde dezelfde Anahad Nada gedurende zijn Samadhi in de grot van de Himalaya´s.
De fluit van Krishna is symbolisch voor hetzelfde geluid. Dit geluid is de bron van alle openbaringen aan de Meesters, aan wie het van binnenuit wordt onthuld; om deze reden weten zij en leren ze een en dezelfde waarheid.
De Soefi heeft weet van het verleden, heden en de toekomst en over alle dingen in het leven doordat hij in staat is de richting van geluid te kennen. Elk aspect van je wezen waarin geluid zich manifesteert heeft een bepaald effect op het leven, want de activiteit van vibraties heeft in elke richting een bepaald effect. De kenner van het mysterie van geluid kent het mysterie van het gehele universum. Een ieder die de vervormingen van dit geluid is gevolgd heeft alle aardse onderscheid en verschil vergeten en heeft dat doel van waarheid bereikt waarin zich alle Gezegenden van God zich verenigen. Ruimte bevindt zich zowel binnen in het lichaam als eromheen; met andere woorden: het lichaam bevindt zich in de ruimte en de ruimte bevindt zich in het lichaam.
Daar dit het geval is gaat het geluid van het abstracte steeds verder binnen, rondom en over de mens heen. De mens hoort dit doorgaans niet, omdat zijn bewustzijn volledig wordt gecentreerd in zijn materiële bestaan. De mens raakt zo in beslag genomen door zijn ervaringen in de externe wereld via het medium van het fysieke lichaam dat ruimte, met al haar wonderen van licht en geluid, hem blanco voorkomt.
Dit kan gemakkelijk begrepen worden door de natuur van kleur te bestuderen. Er zijn veel kleuren die op zichzelf helemaal onderscheiden zijn en toch worden ze, wanneer ze met andere gemengd van een nog helderder kleurschakering worden, helemaal in glans overtroffen; zelf heldere kleuren met goud, zilver, diamanten of parels geborduurd dienen slechts als achtergrond voor het oogverblindende borduurwerk. Zo is het ook met het abstract geluid vergeleken met de geluiden van de externe wereld. Het beperkte volume van aardse geluiden is zo concreet dat het het effect van het geluid van het abstracte dimt voor het zintuig van het gehoor, ofschoon in vergelijking ermee de geluiden van de aarde zijn als een gefluit en een trommel. Wanneer het abstracte geluid hoorbaar wordt dan worden alle andere geluiden onduidelijk voor de mysticus.
Het geluid van het abstracte wordt in de Vedas Anahad genoemd en betekent onbeperkt geluid. De Soefis noemen het Sarmad, wat het idee van bedwelming suggereert. Het woord bedwelming wordt hier gebruikt om verheffing aan te duiden, de vrijheid van de ziel van haar aardse bondage. Degenen die in staat zijn de Saut-e Sarmad te horen en erop mediteren worden verlicht van alle zorgen, angsten, leed, vrees en ziekten; en de ziel wordt bevrijd uit de gevangenschap in de zintuigen en in het fysieke lichaam. De ziel van de luisteraar wordt het aldoordringend bewustzijn en zijn spirit wordt de batterij die het gehele universum in beweging houdt.
Sommigen trainen zichzelf om de Saut-e Sarmad te horen in de eenzaamheid aan het strand aan zee, aan de rivieroever en in de heuvels en dalen; anderen verwerven het terwijl ze in de grotten in de bergen zitten en door constant door wouden en woestijnen te lopen, zich in de wildernis verre houdend van de verblijfplaatsen van de mens. Yogis en asceten blazen op Sing (een hoorn) of op Shankha (een schelp), die in hen deze innerlijke toon opwekt. Derwisjen spelen op de Ney of op de Algosa (een dubbele fluit) voor hetzelfde doel. De bellen en gongen in de kerken en tempels zijn bedoeld om de denker hetzelfde heilige geluid te suggereren en hem zo naar het innerlijke leven te leiden.
Dit geluid ontwikkelt zich via tien verschillende aspecten vanwege zijn manifestatie via tien verschillende pijpen in het lichaam; het klinkt als donder, het bulderen van de zee, het geklingel van bellen, stromend water, het zoemen van de bijen, het getjilp van mussen, de Vina, het gefluit of het geluid van Shankha totdat het uiteindelijk Hu wordt, het heiligste aller geluiden.
Dit geluid Hu is het begin en het einde van alle geluiden of ze nu van de mens, vogel, beest of een ding afkomen. Een zorgvuldige studie zal dit feit bewijzen, dat gerealiseerd kan worden door te luisteren naar het geluid van de stoommachine of van een molen terwijl de echo van bellen of gongen een typische illustratie geven van het geluid Hu.
Het Opperwezen is in verschillende talen met verscheidene namen benoemd, maar de mystici hebben Het gekend als Hu, de natuurlijke naam, niet door de mens-gemaakt, de enige naam van de Naamloze, die de gehele natuur constant verkondigt. Het geluid Hu is zeer heilig; de mystici hebben het Ism-e Azam genoemd, de naam van de Allerhoogste, want het is de oorsprong en het einde van elk geluid en de achtergrond van elk woord. Het woord Hu is de spirit van alle geluiden en van alle woorden en is in hen alle verborgen net zoals de spirit in het lichaam. Het behoort geen enkele taal toe, maar elke taal kan niet anders dan daaraan toebehoren. Dit alleen is de ware naam van God, een naam die geen volk en geen religie als het zijne kan opeisen. Dit woord wordt niet alleen door menselijke wezens geuit, maar wordt ook door dieren en vogels herhaald. Alle dingen en wezens verkondigen deze naam van de Heer, want elke activiteit van het leven drukt op duidelijke of onduidelijke wijze precies dit geluid uit. Dit is het woord dat in de Bijbel wordt vermeld als bestaand voordat het licht tot leven kwam: ´In het begin was er het Woord en het Woord was met God en het Woord was God´.
Het mysterie van Hu wordt de Soefi geopenbaard die via het pad van initiatie reist. De waarheid, de kennis van God, wordt door de Soefi Haq genoemd. Als we het woord Haq in twee delen verdelen worden zijn assonante geluiden hu ek, Hu God aanduidend, of de waarheid, en ek betekent in het Hindoestaans ´een´ en samen drukken zij een God en een waarheid uit. Haqiqat betekent in het Arabisch de essentiële waarheid, Hákim betekent meester en Hakím betekent kenner, allemaal woorden die de essentiële karakteristieken van het leven uitdrukken.
Aluk is het heilige woord dat de Vairagis, de ingewijden van India, als hun heilige chant gebruiken. In het woord Aluk worden twee woorden uitgedrukt, al betekent ´de´ en Haq waarheid, beide woorden samen drukken God uit de bron waaruit alles komt.
Het geluid Hu wordt begrensd in het woord Ham, want de letter m sluit de lippen. Dit woord drukt in het Hindoestaans beperking uit omdat Ham ´ik´ of ´wij´ betekent, beide woorden duiden ´ego´ aan. Het woord Hamsa is het heilige woord van de Yogis dat het ego verlicht met het licht van de werkelijkheid. Het woord Huma in de Perzische taal staat voor een fabuleuze vogel. Er bestaat een overtuiging dat als de Huma vogel eventjes op het hoofd van iemand gaat zitten dat een teken is dat hij een koning zal worden. De ware uitleg ervan is dat wanneer de gedachten van iemand zo zijn geëvolueerd dat ze alle beperkingen verbreken hij dan als een koning wordt. Het is de beperking van taal dat ze alleen de Hoogste kan beschrijven als iets als een koning. Men zegt in de oude overleveringen dat Zarathoestra uit een Huma boom werd geboren. Dit verklaart de woorden in de Bijbel: ´Tenzij iemand wordt geboren uit water en de Spirit kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan´. In het woord Huma vertegenwoordigt Hu spirit en het woord mah betekent in het Arabisch water. In het Engels verklaart het woord ´human´ twee feiten die karakteristiek zijn voor de mensheid: Hu betekent God en man betekent mind, welk woord uit het Sanskriet Mana komt, mind de gewone mens zijnd. De twee woorden verenigd vertegenwoordigen het idee van de God-bewuste mens; met andere woorden: Hu, God, bevindt zich in alle dingen en wezens, maar het is de mens door wie Hij gekend wordt. Van human kan derhalve gezegd worden dat het God-bewust, God-verwerkelijkt of God-mens betekent. Het woord Hamd betekent lofprijzing, Hamid prijzenswaardig en Mohammed lovend. De naam van de Profeet van de Islam duidt zijn houding tot God aan.
Hur betekent in het Arabisch de schoonheden van de Hemel, haar ware betekenis is de expressie van hemelse schoonheid. Zuhúr betekent in het Arabisch manifestatie, vooral die van God in de natuur. Ahura Mazda is de naam van God die aan de volgelingen van Zarathoestra bekend is. Dit eerste woord Ahura suggereert Hu, waarop de gehele naam wordt gebouwd.
Al deze voorbeelden duiden de oorsprong van God aan in het woord Hu; en het leven van God in elk ding en in elk wezen.
Hay betekent in het Arabisch eeuwigdurend, en Hay-at betekent leven, allebei de woorden duiden de eeuwigdurende natuur van God aan. Het woord Huwal suggereert het idee van alomtegenwoordigheid en Huvva is de oorsprong van de naam Eva, wat symbolisch is voor manifestatie; net zoals Adam symbolisch is voor het leven, zij worden in het Sanskriet Purusha en Prakriti genoemd.
Jehovah was oorspronkelijk Yahuva, Ya het woord oh suggererend en Hu voor God staand, terwijl de A manifestatie vertegenwoordigt. Hu is de oorsprong van geluid, maar wanneer het geluid eerst vorm aanneemt op het externe plan wordt het de A, derhalve wordt alif of alfa beschouwd als de eerste expressie van Hu, het oorspronkelijke woord. Het Sanskriet alfabet en het alfabet van de meeste talen beginnen met de letter A, zoals de naam van God in verscheidene tongvallen doet. Het woord A drukt derhalve in het Engels ´een´ uit of ´eerst´; en het teken van alif drukt de betekenis ´een´ uit net als van ´eerst´. De letter A wordt zonder hulp van de tanden of de tong uitgesproken en in het Sanskriet betekent A altijd ´zonder´.
De A wordt naar de oppervlakte gehaald wanneer de tong stijgt en het gehemelte raakt bij het uitspreken van de letter l (lam) en het geluid eindigt in m (mim), waarvan de uitspraak de lippen sluit. Deze drie essentiële letters van het alfabet worden samengebracht als het mysterie in de Koran. Met A verdiept door ain wordt het woord Ilm gevormd wat kennis betekent. Alim komt uit hetzelfde voort en betekent kenner. Alam betekent staat of toestand, het bestaan dat gekend wordt.
Wanneer alif de eerste en lam de centrale letters worden samengebracht vormen ze het woord al wat in het Arabisch ´de´ betekent. In het Engels suggereert all de betekenis van de gehele of absolute natuur van het bestaan.
Het woord Allah, wat in het Arabisch God betekent, kan als dat in drie delen wordt verdeeld geïnterpreteerd worden als ´de Ene die uit niets voortkomt´. El of Ellah heeft dezelfde betekenis als Allah. De woorden in de Bijbel gevonden, Eloi, Elohim en Hallelujah zijn gerelateerd aan het woord Allahu.
De woorden om, omen, amen en ameen, die in alle gebedshuizen worden gesproken, zijn van dezelfde oorsprong; A aan het begin van het woord drukt het begin uit en M in het midden duidt het einde aan; N, de laatste letter, is de weerklank van M want M eindigt vanzelf in een nasaal geluid, waarvan het voortbrengen ervan leven aanduidt.
In het woord Ahud, wat God betekent, het enige Wezen, worden er door assonantie twee betekenissen bij betrokken. A betekent in het Sanskriet zonder en Hudd betekent in het Arabisch beperking.
Uit dezelfde bron komen de woorden Wahdat, Wahdaniat, Hádi, Hudá en Hidayat allemaal voort. Wahdat betekent het bewustzijn of het zelf alleen; Wahdaniat is de kennis van het zelf; Hádi, de gids; Hudá, het gidsen; Hidayat betekent gidsing.
Hoe meer een Soefi naar Saut-e Sarmad luistert, het geluid van het abstracte, hoe meer zijn bewustzijn vrij raakt van alle beperkingen van het leven. De ziel zweeft boven het fysieke en mentale plan zonder enige specifieke inspanning van de kant van de mens, wat haar kalme en vreedzame toestand laat zien; een dromerige blik komt er in zijn ogen en zijn gelaatsuitdrukking wordt stralend, hij ervaart de onaardse vreugde en vervoering van Wajad, of extase. Wanneer extase hem overkomt is hij zich niet bewust van het fysieke of van het mentale bestaan. Dit is de hemelse wijn, waar alle Soefi-dichters naar verwijzen, die totaal anders is dan de tijdelijke bedwelmingen van dit sterfelijke plan. Een hemelse zegen welt er op in het hart van een Soefi, zijn mind wordt gezuiverd van zonde, zijn lichaam van alle onzuiverheden en er wordt voor hem een pad geopend in de richting van de ongeziene wereld; hij begint inspiraties, intuïties, impressies en openbaringen te ontvangen, zonder de minste inspanning van zijn kant. Hij is niet langer afhankelijk van een boek of een leraar, want goddelijke wijsheid, het licht van zijn ziel, de Heilige Spirit begint op hem te schijnen. Zoals Sharif zegt: ´Ik besef door zielenlicht dat de schoonheid van de hemels en de grandeur van de aarde zijn als de echo van Uw magische fluit´.